[p. 547]
Jan Baeke
Philipp Ernst
Had hij de orde niet verstoord
de boom in zijn belichting
blad voor blad gedirigeerd
en op zijn doek getransformeerd
tot de volmaakte boom.
Of anderszins, als wat dit is
beantwoordt aan wat dit moet zijn.
Zijn zoon knoopt er
een feitelijk begin aan vast.
Sindsdien wint niets het meer
van die gedachte.
Hij vertelt zijn geschiedenis
aan specialisten.
Zij zoeken er de raadsels bij.
De vader ondertussen
zaagt de wereld in model, wordt
Philipp Ernst, de voorwaarde
van de schilder.
[p. 548]
De volgelingen
De volgelingen zo te noemen
doet geen recht aan wat ze zijn.
Ze zijn een andere geschiedenis
begonnen
nemen, geroepen tot de daad
een mes en snijden vensters
uit hun borstkas
wijzen op de zwakke plekken
in de openbaring.
Van iedere verklaring
kennen ze de argumenten
maar laten na deze te noemen.
Hun houding toont de kracht
waarmee ze zich bewaren.
Meer houding hebben ze niet nodig.
Meer dan hun vragen
hoeft het antwoord niet te zijn.
Dat zij er zijn en wij
en wat al niet verzonnen.
[p. 549]
Telefoongesprek
Of het zo en zo zou gaan.
Ik dacht van niet.
Jij doet een poging om die woorden
te verdedigen, half uit het raam.
De telefoon op hartstilstand
vlak bij het oor.
Beneden wordt iets uitgevochten.
Een afspraak waar nooit iets van kwam.
De onbedoelde formulering.
Woorden, haren in de war.
De eerste scherp gekamde kinderen
op hun blije trottoirs.
Wij in een kopie van die blijdschap
om een uitnodiging, wat nog niet
is weggewaaid.
Sex? Ja, in principe
zoals voedsel en muziek ons het hof maken
en wij ons die aandacht laten welgevallen
met een stekende pijn in de buik
wachtend op onze beloning.