- Weet waar je het zoeken moet
- Kees Ouwens
- George Moormann Verdichting
- Rob H. Bekker
- Toine Moerbeek Een vergeten choreografie en de verkeerde videoband
- Jim van der Woude Spijker een geïllustreerd scenario
- Adriaan Morriën
- Henk Voorwinde Glorie van het vaderschap
- Igor Cornelissen ‘Je weet alleen watje weet’ (De BVD in de Koude Oorlog)
- Renate Stoute Als in een vreemd cocon-2
- Christien Kok Een strategie voor verleden en toekomst in het proza van Kees Ouwens
- Rein Bloem De wereld in al zijn glorie Een geïmproviseerd vraaggesprek met Kees Ouwens
[p. 270]
Studie voor zijn zelfportret, L
zijn oog valt op 28 april
verdraait eindigt hij
in een hartstilstand; het laatste
schilderij zal net zo onaf
hangen als de maker
die men niet vanuit drie hoeken
tegelijk kon zien en zien en
zien, sectie op dat menselijk lichaam
welke spaanse dokter ziet hem
op zijn laatste stoel of bed, brak hij
zelf zijn kooi van ons allen open
om in de eeuwige tevoorschijn
te blijven, figuur in zijn slot
bewe
ging
en dat moet dan onschrijfbaar
op de voorpagina
morgen
[p. 271]
Studie voor zijn zelfportret, M
de leeuw die hem in stukken
scheurde is de dokter die hem naait
lik de spiegel, eet
de lamp, spreek de schaduw
donker valt in gordijnen
om de mond, natuurlijk
zijn niet alle mensen blank
compost van afrikaanse land
schappen die stillevens imiteren
de tijdmens tussen de slachtkoffers
op reis
onder het stof en de drukinkt
brult gelukkig een jongen
de onverstaanbare koppen
vol waarheid, ziekenhuiskleding
gewassen in zoutzuur, tralies
richtingborden, omwegen, etceterara
[p. 272]
Studie voor zijn zelfpotret, R
zoek het glas weer, die glazen
schaar, figuurdansen, zingen
van zwijgende mannen die
zich wegspoelen door de afvoer
taal die vanuit de maag de wereld
ingeslingerd wordt, niet in dagbladen
even het gerochel zichtbaar maakt
innerlijk onweer, stortbak en kraan
aan het menselijk front niks nieuws
de keel schrapen en er een glijbaan van maken
de keel branden aan het licht dat je slikt
de keel schrappen totdat het oog erin verdwijnt
Nadelig
‘De vorige keer heb ik bijna een uur moeten wachten, weet u dat?’ beklaagde de praatzieke vrouw zich vanuit haar rolstoel. Haar vorige antwoordapparaat, een man op krukken, was bijna opgesprongen van opluchting toen een verpleegkundige hem kwam verlossen. Ik had mijn blik nog dieper in mijn boek begraven om te voorkomen dat ik haar...
Lees verderEen goed idee
Deze week zag ik in alles een gedicht. Hoe mijn slaapkamerraam als een norse dame kraakt als ik het openzwaai om de ochtend binnen te laten, dat mijn koffiezetapparaat gromt als een valse hond uit het asiel en dat ik mijn ex ervan verdenk te lijden aan uitmaakinsomnia wanneer ze me belt en tegen me...
Lees verderHet spijt me, meneer
Conny reed mijn rolstoel opgewekt het feestgedruis in. De ruit van het etablissement weerspiegelde onze contouren: een onverwoestbare tachtiger die een immobiele twintiger voor zich uit duwt. Het had een sketch van Koot en Bie kunnen zijn. Toch was Conny niet geheel ongeschonden de zomer doorgekomen en bleken we zelfs solidair in de medische mallemolen:...
Lees verder
Blog archief