[p. 689]
[Gedichten]
Ouderdom
Later, als ik zwakzinnig ben
met schoothond en schrikvel
houd ik een kruik warm
tegen me aan en praat
ik met je in mijn slaap.
Als je nu kan begrijpen
wat ik dan ga bedoelen,
krakende dorre tak dat ik ben,
ga ik me niet zo afgebroken voelen
maar meer een uitgeblazen paarde-
bloem. Hoor je me dazen?
Daar gaan mijn parachuutjes al.
JUDITH HERZBERG
[p. 690]
Langs Kreta
Opmerkelijk gezelschap, een geliefde.
Onze voeten, vier eenvoudige dieren
vinden het al heel gewoon. Achter
onze ribben fladdert wat. Bij mij
tenminste. Ik neem altijd maar
aan dat ik niet alleen fladder van
binnen. Nog steeds Kreta.
JUDITH HERZBERG