Over dit hoofdstuk/artikel

Johan Goudsblom


1.
Voor een overzicht van de geschiedenis van de Nederlandse sociologie tot 1964 zie J.A.A. van Doorn, Beeld en betekenis van de Nederlandse sociologie. Utrecht: Bijleveld 1964, pp. 13-57.
2.
Zie in dit verband vooral J.A.A. van Doorn en C.J. Lammers, ?Sociologie en sociografie?. Sociologische Gids, v (1958), pp. 49-78.
3.
J.A.A. van Doorn en C.J. Lammers, Moderne sociologie. Systematiek en analyse. Utrecht: Aula Boeken 1959. Een herziene editie verscheen in 1976 onder de titel Moderne sociologie. Een systematische inleiding. Beide edities zijn door mij van uitvoerig kritisch commentaar voorzien in respectievelijk ?Een kritiek op Moderne Sociologie?, Sociologische Gids, ix (1962), pp. 15-39 en ?Moderne Sociologie: de systematiek geanalyseerd?, Amsterdams Sociologisch Tijdschrift, vi (1979), pp. 371-398. Voor replieken en dupliek zie Sociologische Gids, ix (1962), pp. 40-48 en Amsterdams Sociologisch Tijdschrift, vii (1980), pp. 339-345.
4.
William Petersen, bespreking van Van Doorn en Lammers, Moderne Sociologie, in Mens en maatschappij, xxxv (1960), pp. 292-293.
5.
J.A.A. van Doorn en C.J. Lammers, ?Repliek?, Mens en maatschappij, xxxv (1960), pp. 293-298.
6.
L.M. Tas, ?Gesprek met N.H. Frijda?. De Gids, cxxxi (1968), pp. 87-92.
7.
Seymour Martin Lipset, The First New Nation. The United States in Historical and Comparative Perspective. New York: Basic Books 1963.
8.
J.E. Ellemers, Van idee tot moderne staat. Een studie over het ontstaan van de Isra?lische maatschappij en de veranderingen daarin. Meppel: Boom 1967.
9.
J.A.A. van Doorn, ?Isra?l: een late volksplanting?, Sociologische Gids, xiv (1967), pp. 274-287, met een naschrift van J.E. Ellemers, pp. 287-292.
10.
Johan Goudsblom, ?Responses to Norbert Elias’s Work in England, Germany, the Netherlands and France?, in Peter R. Gleichmann e.a. (red.), Human Figurations. Essays for / Aufs?tze f?r Norbert Elias. Amsterdam: Stichting Amsterdams Sociologisch Tijdschrift. Gedeelten hieruit zijn in Nederlandse vertaling verschenen in De Gids, cxl (1977), pp. 238-256. Voor de verwijzingen naar Aron, Beard en Toynbee zie de bibliografische toevoegingen in Gleichmann e.a. (red.), Materialien zu Norbert Elias’ Zivilisationstheorie. Frankfurt: Suhrkamp 1979, pp. 17-100.
11.
Rod Aya, ?Norbert Elias and The Civilizing Process?, Theory and Society, v (1978), pp. 219-228.
12.
Id., p. 219.
13.
Id., p. 226.