[p. 152]
Ik dacht dat het de zuidewind was,
maar het was een stem die weerkaatste,
Ik dacht dat de wind daar aankwam,
maar het was de echo van een stem.
Wind, waar zijt gij?
De blaren der bomen bewegen zich niet.
Waar zijt gij wind?
De blaren der bomen hangen stil.
De wind komt niet meer hier,
hij blijft huis bij zijn vriendin.
De wind verschijnt niet meer,
hij blijft bij zijn vriendin.
De wind blaast krachtig
en stort zich over mij uit.
De wind blaast maar voort
en stort zich over de pluimen.
Regen, val niet te dicht neer,
anders worden de mensen nat.
Val niet dicht neer regen,
dat de mensen niet nat worden.
Regen, trek om de gezichtseinder.
kom niet meer tot hier.
Regen ga om de horizon,
val hier niet meer neer.
[p. 153]
De wakia vliegt roef! weg,
misschien heeft zij wolken gezien.
Roef! roef! vliegt de wakia heen,
misschien ruikt zij de berglucht.
Blaren die daar zo wuift,
ge doet mijn hart verlangen.
Wuivende blaren der bomen,
ge maakt mij het hart zo week.
De pandanen-bloemen waaien met de wind mee,
ze vallen in zee en drijven op het water.
De pandanen-bloemen waaien af
en drijven als ze in zee vallen.
Het begin van de weg naar het meer
is zo vlak als een spiegel.
De ingang van de weg naar de zee
is zo vlak als het lemmet van een mes.
Ik ga eens naar de zee zien,
of de golven al zijn bedaard.
Ik ga eens naar de oceaan kijken,
of de deining al weer vlak is.
De spiegel van het meer is gedaald,
de zandplaten schitteren in de zon.
In de Wimbi is het water gedaald,
de zandbanken blinken in het licht.
Weer aan het licht gekomen - over prehistorie
Larousse 4 De Amerikaanse schrijfster Jean M. Auel begon in de jaren zeventig te studeren op wat haar grote romancyclus over de prehistorie zou worden: Earth’s Children. Ik las er daar in de jaren ‘80 drie van, de beste is De stam van de holenbeer. Het verhaal speelt 30.000 jaar voor Christus. De periode waarin...
Lees verderEen hele goeie
Het uitzicht vanuit mijn woonkamerraam is dichtgemetseld met steigers. Elke ochtend en altijd op onzedelijke tijdstippen staan robuuste mannen luidkeels met elkaar te bekvechten. Als ze elkaar niet verbaal afranselen schallen er Nederlandstalige liedjes uit hun radio’s die als termieten je taalgevoel afkluiven. Waar de bouwvakkers over redetwisten kan ik niet verstaan, maar het loopt...
Lees verderAangespoelde kennis - een roadtrip
Larousse 3 De bel gaat: ‘Post!’ Je loopt naar beneden en de postbode drukt je een pakketje in handen van 10 bij 10 bij 10 cm, in dieprood papier. Wat moet je doen als je op een goede dag in een mooi doosje met velours bekleed deze schelp toegestuurd krijgt met een handgeschreven briefje erbij...
Lees verder
Blog archief