Th. J. Hooning
Een vergeten anti-utopist-E. Zamyatin*
1
Gedurende de laatste jaren wordt in de literatuur en in de sociale wetenschappen vaak gesproken van anti-utopieën als men die satires en toekomstromans op het oog heeft, die een tegenbeeld zijn van de al eeuwen bekende en zeer talrijke utopieën. Is de utopie een beschrijving van een ideale gemeenschap met een volmaakt rechtvaardig bestuur, rechtvaardige wetten, geestelijke vrijheid en verdraagzaamheid en – sinds de negentiende eeuw – materiële overvloed, de anti-utopie tracht duidelijk te maken, wat het resultaat is van pogingen een utopisch ideaal te verwerkelijken. De utopist heeft het in zekere zin gemakkelijk: hij ontwerpt een ideaal alternatief van de hem bekende werkelijkheid op grond van zijn fantasie, al zal hij om geloofwaardig te zijn streven naar een zekere logica in de voorstelling van zijn gemeenschap. In tegenstelling hiermee is het uitgangspunt van de anti-utopist juist de sociale en politieke werkelijkheid en wanneer pogingen worden voorgesteld of ondernomen deze werkelijkheid in utopische zin te veranderen, wijst hij op de gevolgen, die hieruit zullen voortvloeien. De anti-utopist zit niet verlegen om voorbeelden: twee grote revoluties, de Franse en de Russische, beide mede gevoed door utopische idealen, ontaardden na korte tijd in een schrikbewind: in de Franse Revolutie van Robespierre, in de Russische Revolutie van Stalin.
Nu bestaat er niet alleen twijfel aan de mogelijkheid een utopisch ideaal te verwerkelijken, er is ook twijfel aan de wenselijkheid van een volmaakte maatschappij, die wel eens bijzonder vervelend zou kunnen zijn, de utopie kent immers geen conflicten, geen spanningen en geen noden. Twijfel is
er ook aan de mogelijkheid het rijk van overvloed en deugdzaamheid in vrijheid tot stand te brengen en vooral: te laten voortbestaan. Het is een probleem, dat we al behandeld vinden in Plato’s Politeia: de vrijheid van de kunstenaar zal opgeheven moeten worden, sommige kunsten zullen zelfs afgeschaft moeten worden, want de kunst, in vrijheid beoefend, is een gevaar voor de status quo. De utopie is dus altijd een gesloten gemeenschap, zoals Karl Popper Plato’s Politeia heeft genoemd: iedere utopie zal zich in statu nascendi – en na de geboorte – omringen met een ijzeren gordijn.
De problemen, die de utopie opwerpt, zijn dus al eeuwenoud: vrijheid, individualiteit en creativiteit lopen gevaar in een ideale, volmaakte, maar daardoor ook tot stilstand gekomen gemeenschap. Tot ver in de negentiende eeuw baarden de bedreigingen, die van de utopie uitgaan, niet veel zorgen, omdat de verwerkelijking van de utopie onmogelijk leek. Dit veranderde echter in de negentiende eeuw: verschillende elementen van de utopie leken in West-Europa en in de Verenigde Staten niet langer ondenkbaar als sociale werkelijkheid. Honger, armoede en besmettelijke ziekten, die eeuwenlang dagelijkse realiteiten waren en ontelbare slachtoffers maakten, zijn in deze eeuw in het bevoorrechte deel van de wereld buiten de ervaringswereld van vele millioenen geraakt. Met de mogelijkheid tot verwerkelijking van althans een aantal elementen van de utopie groeide daarom ook de anti-utopische scepsis.
Bekende en indrukwekkende anti-utopieën zijn Brave New World, Animal Farm en Nineteen Eighty Four; minder bekend is, dat deze werken zeer veel danken aan het boek Wij van de Russische schrijver Zamyatin, die in zijn anti-utopie, die in 1920 werd geschreven, de degeneratie voorspelde van de revolutie van Lenin. Literair is Wij de meerdere van Brave New World en van Nineteen Eighty Four, de onbekendheid van dit werk in Nederland (afgezien van de invloed, die het lijkt te hebben gehad op Bordewijk bij het schrijven van Blokken) is daarom merkwaardig. Zamyatin wordt ook niet genoemd in het omvangrijkste Nederlandse werk over de utopieën: De toekomst is verleden tijd van F.L. Polak, wiens boek toch de pretentie heeft niets over het hoofd te zien.
Veertig jaar geleden werd Wij voor het eerst gepubliceerd,
het verdient nog altijd onze bewondering niet alleen als literair werk, maar ook omdat het een belangrijke bijdrage heeft geleverd tot het sociale en politieke denken.
2
De Verenigde Staat van Wij is gesticht na een Tweehonderdjarige Oorlog, die terloops een strijd van de steden tegen het land wordt genoemd. Zware bombardementen brachten velen ertoe binnen de steden te vluchten, die werden omringd door een groene glasmuur. Buiten de muur bleven kleine groepen mensen en alle dieren, die op een afstand worden gehouden door middel van electriciteit. Niemand is ooit aan de andere kant van de glasmuur geweest, niemand heeft dan ook kennis van de wereld aan de andere kant van deze afscheiding. De steden zijn volkomen planmatig gebouwd: de straten zijn recht, de huizen en de openbare gebouwen hebben een kubusvorm, het gebruikte materiaal is overal glas.
De jaartelling was begonnen met het opstellen van de Urentabel, die het gehele sociale en persoonlijke leven van de burgers regelt. Allen staan op een gelijk moment op, kleden zich in dezelfde tijd, eten gelijktijdig en verlaten op hetzelfde moment hun kamer. Eenvoudige arbeidshandelingen zijn gesynchroniseerd. Werken is voor de mensen een psychologische noodzaak; bij wijze van experiment was eens een aantal proefpersonen een maand vrijgesteld van werk: zij pleegden zelfmoord.
De burgers van de Verenigde Staat hebben geen naam: allen dragen op hun uniform een nummer, voorafgegaan door een medeklinker bij de mannen en door een klinker bij de vrouwen. De Urentabel voorziet in tweemaal daags een persoonlijk uur, één ervan wordt doorgebracht met collectief marcheren in rotten van vier op mechanische muziek uit de Muziektoren. Tijdens het andere persoonlijke uur is het toegestaan thuis te blijven; wie in dat uur de gordijnen wil sluiten, kan hiervoor verlof vragen, want openbaarheid, ook van het persoonlijke leven, is regel, privacy is uitzondering. Het is een concessie, die de wetenschap, die in deze modelgemeenschap geen fouten kan maken, eens hoopt te kunnen intrekken. Het ideaal is alle 86.400 seconden van de dag centraal en op voor ieder gelijke wijze te regelen.
De Lex Sexualis maakt het mogelijk toestemming te krijgen voor sexuele omgang. Er wordt dan voor de aanvrager een tabel van sexuele dagen opgemaakt op grond van de hoeveelheid sex-hormonen in zijn bloed. Uitgerust met een couponboek kan elk Nummer zijn partner voor een bepaalde periode kiezen. Het gezin is afgeschaft, alle Nummers leven op identiek ingerichte kamers en de kinderen worden collectief opgevoed.
Het individualisme wordt bestreden: van de persoonlijke voornaamwoorden wordt vooral wij gebruikt, het begrip en het woord mijn zijn afgeschaft, geen Nummer is iemand, maar altijd één van een groep, een collectiviteit, de gemeenschap. Wie overdag niet omringd is door anderen, maakt zich verdacht: alleen een bekentenis op het Bureau van de Wachters en een verklaring van de omstandigheden, waaronder hij buiten de collectiviteit was geraakt, kunnen hem redden. De vrije tijd is centraal geregeld: de 10.000.000 Nummers krijgen collectief hun ontspanning in 500 daarvoor gebouwde auditoria, grote halve bollen van glas.
Het gevaar, dat verzet wordt gepleegd in dit wetenschappelijk en technisch paradijs, is nog niet geheel bezworen. De Verenigde Staat heeft daarom Wachters in dienst. Zij zijn permanent in de lucht met twee à drie vliegtuigen en in de straten hangen apparaten, die gesprekken opvangen. Brieven worden gecensureerd op het Bureau der Wachters, want niet alleen het gedrag en de opvattingen van de Nummers, maar ook hun onderlinge contacten staan onder voortdurend toezicht. In de Operatie Afdeling worden verhoren afgenomen, waarvoor het volmaaktste instrument de gasbel is; hierin kunnen verdachten telkens tot de rand van de dood worden gebracht, waarna ze door electrische schokken weer tot bewustzijn kunnen worden gebracht.
Het hoofd van de Verenigde Staat is de Weldoener, die dagelijks wordt bezongen en die jaarlijks wordt herkozen op de Dag der Eensgezindheid. Vroeger was het resultaat van de stemming van tevoren onbekend, maar dit was in strijd met het beginsel, dat er niets onverwachts mag gebeuren. De verkiezing werd daarom tot een symbolische handeling gemaakt en wie verkeerd stemt, wordt door de Wachters gearresteerd. Op deze Dag der Eensgezindheid wordt ook de overwinning
gevierd van de gemeenschap over de enkeling: de Weldoener executeert in het openbaar allen, die zich hebben verzet, in een glazen gaskamer.
Aan de rand van de stad staat het Huis der Oudheid. Het dient om de Nummers duidelijk te maken, dat de Verenigde Staat veel beter is dan de primitieve maatschappijen, die aan deze staat voorafgingen.
Ieder, die de boeken van Huxley en van Orwell kent, zal getroffen worden door de overeenkomsten van hun anti-utopieën met die van Zamyatin. Dit is niet alleen het geval met de maatschappij, die ze beschrijven, maar ook met het verhaal, dat in deze boeken wordt verteld.
Het werk van Zamyatin heeft de vorm van een dagboek, geschreven door D 503, die de leiding heeft bij de bouw van een ruimteschip, de Integral. Voor de bewoners van andere hemellichamen, waar ook de ideale maatschappij gevestigd moet worden, begint D 503 zijn dagboek met feitelijke notities over de Verenigde Staat. Na enkele ontmoetingen met I 330 blijkt, dat zijn verstand allerlei gevoelens niet kan bedwingen en in plaats van feitelijke mededelingen gaat D 503 er in zijn dagboek steeds meer toe over analyses van zichzelf en van zijn relaties met anderen te geven. Iets dergelijks is natuurlijk streng verboden (men denke aan het dagboek van Winston Smith in Nineteen Eighty Four) en D 503 moet er dan ook voor zorgen, dat de Wachters het dagboek niet te zien krijgen. Zijn psychische conditionering blijkt niet geheel geslaagd: hij raakt in verwarring in het Huis der Oudheid, symbool van een minder door de wetenschap en door sociaalpsychologische technieken beheerste samenleving. D 503 wordt zich zijn zelfvervreemding bewust:
Knowledge, self-confident knowledge, which is sure that it is faultless, is faith. I had firm faith in myself; I believed that I knew all about myself. But then… I look in the mirror. And for the first time in my life, yes, for the first time in my life I see clearly, precisely, consciously and with surprise, I see myself as some ‘him’! I am ‘he’. Frowning, black, straight brows; between them, like a scar, there is a vertical wrinkle. (Was that wrinkle there before?) Steel-gray eyes encircled by the shadow of
a sleepless night. And behind that steel… I understand; I never knew before what there was behind that steel. From there (this ‘there’ is at once so near and so infinitely distant!) I look at myself – at ‘him’. And I know surely that ‘he’ with his straight brows is a stranger, that I meet him here for the first time in my life. The real I is not he*.
D 503 blijkt een introvert te zijn, die bij zichzelf de behoefte constateert om nu en dan alleen te zijn. De arts, die hem behandelt, ontdekt een ernstige geestelijke ziekte: er heeft zich bij hem een ziel gevormd en deze kwaal is ongeneeslijk. De zilverlaag van de psychische spiegel is weggesleten, op stimuli wordt niet meer gereageerd als door een hond van Pawlow, maar indrukken uit de buitenwereld hechten zich vast in de geest en in de ziel. Het zelfbewustzijn van D 503 is een ziekte, die hem bovendien gevaarlijk maakt voor de staat.
Er zijn meer devianten in de Verenigde Staat: O 90 (het letterteken geeft de afwijking aan van de tot norm verheven kubusvorm) vertegenwoordigt het irrationele: zij verlangt van D 503 een kind, dat hij bij haar verwekt – een misdrijf, waarop voor de vrouw de doodstraf staat. Om zijn functie en om zijn afwijkende geestesgesteldheid wordt D 503 betrokken in een revolutiepoging, geleid door I 330, de ware hoofdpersoon van het boek. Zij is de verpersoonlijking van het irrationele (weer symbolisch aangegeven door het letterteken), zij gebruikt nicotine en alcohol, waarop de doodstraf staat, omdat de feilloze wetenschap deze genotmiddelen schadelijk heeft bevonden en dus heeft verboden. De utopie dwingt tot deugdzaamheid! Van I 330 wordt D 503 psychisch geheel afhankelijk. Het is haar overtuiging, dat het aantal revoluties evenals de rij der getallen oneindig is. Zij betrekt D 503 in een poging tot sabotage op een proefvlucht met de Integral, maar deze poging wordt verijdeld. Tijdens de jaarlijkse verkiezing van de Weldoener is er een revolutiepoging, maar de meeste tegenstemmers worden gegrepen. I 330 weet te ontsnappen en door haar komt D 503 voor het eerst buiten de glasmuur. Hij staat voor het eerst van zijn leven op gras in plaats van
op glas, hij betast een boom, hij hoort natuurlijke geluiden en ziet archaïsche mensen. In hun midden voelt hij zich voor het eerst meer dan anderen, want in de Verenigde Staat is ook de grootste geleerde op dezelfde wijze gelijkgeschakeld als de andere Nummers.
I 330 slaagt erin de groene muur te vernietigen, waarmee de scheiding van het rationele en het irrationele in de mens wordt opgeheven en hij weer een kans heeft een geïntegreerde persoon te worden. De groene muur, behoeder van de veiligheid van de staat en van de onvrijheid van de burgers, is ook de handhaver van de zelfvervreemding van de mens, waardoor deze gemakkelijker te manipuleren is. Overal in de stad staat nu het teken van de geheime organisatie: Mephi, afkorting van Mephistopheles, de geest van onrust, verpersoonlijking van de Revolutie tegenover de onveranderlijke uniformiteit, de Entropie, van de Verenigde Staat.
Hoe sterk D 503 ook wordt aangetrokken door I 330, hij laat zich niet winnen voor de idee van de Revolutie en als blijkt, dat zijn gevoelens voor I 330 niet zijn beantwoord en hij slechts is gebruikt als instrument, groeit zijn bereidheid zich weer aan de staat te onderwerpen.
Al deze moeilijkheden voor de Verenigde Staat komen voort uit de restanten van het individualisme, van het irrationele, van het onberedeneerde streven naar verandering. Dit is te verhelpen door de jongste vondst van de zegevierende wetenschap: het hersencentrum van de fantasie is ontdekt en door middel van een X-straal kan dit worden uitgeschakeld. Alle Nummers worden opgeroepen deze operatie te ondergaan. D 503, nog altijd niet gearresteerd, laat zich overtuigen in een gesprek met de Weldoener, in wie men wel eens heeft gemeend Lenin te kunnen herkennen. In het paradijs kent men geen emoties, zo houdt de Weldoener D 503 voor, liefde of medelijden zijn onbekend; de operatie betekent dus de verwerkelijking van een ideale toestand, die tegelijk onveranderlijk zal zijn. In een toestand van onvrijheid en onderdrukking van alle individuele afwijkingen kan het geluk volledig worden. Na zijn operatie voelt D 503 zich bevrijd van al zijn psychische moeilijkheden, hij gaat de Weldoener inlichten over zijn illegale relaties en handelingen en in zijn tegenwoordigheid wordt I 330 gemarteld. Het com-
plot is opgerold, de irrationele, revolutionaire krachten zijn bedwongen, de Rede zegeviert.
Het grote probleem van Wij is de onverenigbaarheid van de vrijheid en het geluk: hoe groter het geluk, hoe geringer de vrijheid. De Verenigde Staat, die de hoogste trap van materieel en psychisch welzijn heeft bereikt, heeft alle vrijheid en tenslotte de menselijke persoonlijkheid vernietigd. In deze staat kan geen onafhankelijke, creatieve persoonlijkheid bestaan, want de mens moet gedwongen worden gelukkig te zijn. Het is in geseculariseerde vorm de stelregel van Augustinus: ‘dwingt hen om in te gaan’. De Weldoener noemt dan ook de katholieke kerk één van de – primitieve – voorlopers van de Verenigde Staat.
Niet alle elementen van de Verenigde Staat heeft Zamyatin verworpen; zou dat het geval zijn geweest, dan was zijn boek gemakkelijk af te doen als een reactionair geschrift. De anti-utopische problematiek ontstaat, wanneer utopische doeleinden worden onderschreven, maar tegelijk wordt gevreesd voor de gevolgen van een verwerkelijking. Zamyatin is voor opheffing van honger en gebrek en voor sociale gelijkheid, maar hij voorziet bij een doelbewust volgen van een utopische politiek de vernietiging van alle vrijheid en onafhankelijkheid, een blinde, zelfgenoegzame verering van het heden en minachting van het verleden.
In het begin van de twintigste eeuw gaat de totalitaire staat voor het eerst in de geschiedenis tot de mogelijkheden behoren. Vergeleken met vroegere anti-utopieën – Erewhon van Samuel Butler b.v. – is de Verenigde Staat dan ook de eerste totale utopie. Deze gemeenschap verenigt alle soorten utopieën, die sinds de Renaissance te onderscheiden zijn: de staatsutopie (Thomas More), de wetenschappelijk-technische (Bellamy), de biologische en de sociaal-psychologische (Wells). Wie was de schepper van de waarschuwing, die in Wij in indrukwekkende, impressionistische stijl gegeven wordt?
3
Evgenii Zamyatin* werd in 1884 in een Russische provincieplaats geboren, waar zijn vader leraar aan het gymnasium
was. Hij was een gesloten en geïsoleerd kind, dat op jonge leeftijd de grote Russische schrijvers ging lezen. Hun invloed is in zijn werk duidelijk aanwijsbaar: er is een grote overeenkomst tussen de figuur en de denkbeelden van de Weldoener en de figuur van de Grootinquisiteur van Dostoievsky. Na zijn gymnasiumtijd, waarin hij opviel door zijn literaire talenten, bezocht hij vanaf 1902 het Polytechnisch Instituut in St. Petersburg. Hij studeerde er scheepsbouw en door het praktisch werk, dat hij moest verrichten, bezocht hij vele steden in en buiten Rusland.
Van nature opstandig sloot hij zich aan bij de Bolsjewiki, nam hij deel aan demonstraties en werkte hij mee aan het drukken en uitgeven van illegale geschriften. Tijdens de Revolutie van 1905 maakte hij van nabij de muiterij op de Potjemkin mee. Hij was in dat jaar één van de talrijke gearresteerden en hij bracht enige tijd in de gevangenis door. Na zijn vrijlating hervatte hij zijn revolutionaire werk en werd in 1911 opnieuw gegrepen. Hij werd nu verbannen uit St. Petersburg, waar hij sinds 1908 scheepsbouw doceerde. Tijdens zijn verbanning maakte hij naam als schrijver van korte verhalen, die het leven beschrijven in de kleine Russische provinciesteden en op het Russische platteland. Hij kritiseert in deze verhalen de kleinburgerlijkheid, de corruptie in het leger en het nauwelijks menselijke leven van de Russische boeren.
Na zijn terugkeer uit de verbanning in 1913 nam hij intensief deel aan het culturele leven in de hoofdstad. In 1916 en 1917 verbleef hij in Engeland, waar hij belast was met de supervisie van de bouw van ijsbrekers voor Rusland. In deze tijd reisde hij intensief in Engeland en deed er stof op voor twee satires over het leven in dit land. Zamyatin was vooral getroffen door het conformisme en het routine-leven van de Engelse middenstand. Deze ervaringen zijn van invloed geweest op zijn anti-utopie.
Na de Revolutie was Zamyatin een belangrijke figuur in het literaire leven: hij redigeerde tijdschriften, hield lezingen, en verzamelde talentvolle schrijvers om zich, onder wie de groep van de Serapionsbroeders. In deze kring ontstond al spoedig teleurstelling over de Revolutie: afschuw vervulde deze schrijvers, toen zij de gruwelen van de burgeroorlog en
de vestiging van het nieuwe bewind meemaakten. In de verhalen van Isaak Babel wordt de wreedheid geregistreerd, in het werk van de Serapionsbroeders wordt geprofeteerd, waarin de Revolutie zal uitmonden. Sjklowski maakt het duidelijk met de parabel van de duizendpoot, die zich nooit had gerealiseerd, waar zich zijn talrijke poten bevonden. Nadat dit probleem hem bewust is geworden, gaat hij centraliseren en een bureaucratie invoeren, waarna hij geen poot meer kan verzetten.
Het is te begrijpen, dat Zamyatin niet kon worden opgenomen in de top van de officiële Sovjet-literatuur. Hij werd één van de leidende fellow-travellers, een term van Trotzky, die er de mensen mee bedoelde, die de Revolutie onderschreven, maar niet in alles de partijlijn wensten te volgen. Toen Wij in 1920 was geschreven, kreeg Zamyatin geen toestemming het te publiceren. Het verscheen voor het eerst in een Amerikaanse vertaling van Gregory Zilboorg in 1924. Het werd via een buitenlands tijdschrift in Rusland bekend. Het gevolg was een campagne tegen Zamyatin, die hem ertoe bracht een openhartige brief aan Stalin te schrijven. In deze brief van 1929 stelde hij, dat er kennelijk in de Soviet-Unie geen plaats was voor onafhankelijke schrijvers; hij verzocht zijn functie aan het Polytechnisch Instituut te mogen neerleggen en de Soviet-Unie te mogen verlaten, tot het literaire klimaat in het land beter zou zijn geworden. Op voorspraak van Gorky werd dit verzoek toegestaan, waarna Zamyatin zich in Parijs vestigde. Het kostte hem moeite ver van Rusland te leven – de reactionaire emigranten wantrouwden hem – en de literaire productie daalde dan ook. In 1937 overleed Zamyatin in Parijs. Van een vriend, Marc Slonim, is de volgende karakteristiek van Zamyatin – opgenomen in één van de voorwoorden tot de Amerikaanse paperback-uitgave:
His whole personality represented a threat to conformity and a challenge to accepted platitudes. Here was a man, a gentleman, an independent artist, and a fearless thinker.
4
A fearless thinker. Kenmerkend voor het denken van Zamyatin is de belangrijke plaats, die de dialectiek bij hem in-
neemt, een invloed van Hegel en Marx, die niet verbaast bij een actieve Russische revolutionair en socialist van omstreeks 1900. De dialectiek is echter bij Zamyatin niet alleen een sociaal-politiek en een historisch begrip, maar ook een sociaal-psychologisch en zelfs een kosmisch beginsel. Het beginsel van de Revolutie stelt hij tegenover het beginsel van de Entropie, waarmee hij de krachten van het behoud en daarmee van de verschrompeling samenvat. Hiermee ging hij veel te ver naar de zin van de literaire inquisiteurs van de jaren twintig, die van kosmische beginselen niets moesten hebben en die vonden, dat sociaal-politieke kwesties voldoende denkstof boden. De filosofische instelling van Zamyatin werd dan ook één van de redenen om hem aan te vallen.
Een ander belangrijk element in het denken van Zamyatin is de betekenis, die hij toekent aan irrationele en emotionele krachten in de mens als bronnen van creativiteit. In dit opzicht is hij sterk beïnvloed door Dostoievski.
Beide elementen, de dialectiek en het irrationele, zijn in Wij nauw verbonden. Het boek is een protest tegen een revolutie, die een humanitair doel had, maar onder meer door een overmaat aan rationaliteit tot een perversie zou worden – en dit werd geschreven vier jaar vóór Stalin aan het bewind kwam.
De Russische Revolutie kwam voort, zoals alle revoluties meent Zamyatin, uit emotionele krachten. Het zijn altijd de dromers, de ketters, de onaangepasten, die zich tegen de bestaande verhoudingen verzetten. Zij zouden door de dogmatici, de starre rationalisten tot zwijgen worden gebracht en daarmede zou in de Russische Revolutie de Entropie intreden. De persoonlijke vrijheid zou worden onderdrukt en daarmede zou de Revolutie tot stilstand komen. Ook het geweld, dat gebruikt werd, zou moeten leiden tot verstarring: het humanitaire doel zou hierdoor onbereikbaar worden, omdat verzet tegen het geweld tot nieuw geweld zou dwingen.
Het zou kortzichtig zijn de anti-utopie van Zamyatin te beschouwen als een anti-bolsjewistisch geschrift alleen en zelfs dat is het niet, omdat Zamyatin met vele veranderingen in Rusland van harte instemde. Van grote betekenis in de ontstaansgeschiedenis van Wij zijn de ervaringen van de schrijver in Engeland, waar hij getroffen werd door het mas-
sale conformisme. Het boek is een protest tegen bepaalde trends in de moderne Westerse beschaving in het algemeen. De meeste mensen bieden geen verzet tegen de regimentering, zij laten zich blijmoedig onderschikken aan de maatschappelijke organisatie, zij geven hun vrijheid prijs voor lichamelijk en psychisch welzijn – of wat zij daarvoor houden onder invloed van de commerciële reclame – en laten zich tot anonieme nummers maken. Zelfs een begaafd man als D 503 voelt zich pas gelukkig, als zijn fantasie verwijderd is. Tegenover hem is I 330 de personificatie van krachten, die zich niet laten onderwerpen, ook niet als het lokaas het geluk is. Figuren als I 330 zullen altijd opstaan, want het aantal revoluties is oneindig en op grond van deze gedachte is Wij niet zonder meer een pessimistisch boek te noemen.
Voor Zamyatin is, anders dan voor Dostoievsky, het Christendom geen alternatief voor de dictatuur: het Sovjet-regime vergelijkt hij meer dan eens met de Rooms-Katholieke kerk. Zijn ideaal is a-christelijk en humanistisch, al heeft men zijn rebellerende ketters – terecht – wel vergeleken met de Christelijke martelaren. Zamyatin was geen wereldvreemde aestheet, maar een natuurwetenschappelijk geschoold man, die er zich echter van bewust was, dat technische en natuurwetenschappelijke ontwikkelingen een collectiviserende invloed uitoefenen. Dit is een bedreiging van het individualisme en van de vrijheid zonder welke geen literatuur geschreven kan worden.
Voor het werk van Zamyatin is de laatste jaren in het Westen de belangstelling groeiende (in het Oosten is hij nog steeds een niet-bestaand schrijver). In de U.S.A. verscheen in 1959 Wij opnieuw in een paperback-uitgave, in 1958 werd het werk in de Bondsrepubliek uitgegeven. Het is te hopen, dat niet alleen Wij, maar ook de andere werken van Zamyatin (waarvan verschillende alleen in het Russisch uitgegeven zijn) spoedig in een Nederlandse uitgave beschikbaar zullen zijn. Een band met zijn verzameld werk zou een waardevol deel zijn van b.v. de Russische bibliotheek van Van Oorschot.
Juli, 1964.