Claude Crébillon (1707 – 1777) was de zoon van een letterkundige en werd om die reden bekend als Crébillon fils. Hij bezocht het Jezuïtencollege ‘Louis le Grand’ en publiceerde in 1730 anoniem zijn eerste werk Le Sylphe. Hij ging om met schrijvers, acteurs en zangers en bleef lang bij zijn vader wonen, die was toegetreden tot de Académie Française. Hij trouwde in 1748, ging buiten Parijs wonen omdat daar het leven goedkoper was, en keerde in 1755 na de dood van zijn vrouw terug in Parijs, waar hij door toedoen van Madame de Pompadour tot literair censor benoemd werd. Na de dood van zijn vader in 1762 nam hij diens koninklijke vergoeding over. Hij leidde een teruggetrokken leven en zijn reputatie als auteur verbleekte, maar niettemin heeft zijn verrukkelijke roman Les égarements du coeur et de l’esprit uit 1736, opgenomen in onze Franse Bibliotheek als Doolhof der liefde, de tand des tijds glansrijk doorstaan.
Doolhof der liefde
Vertaald door C.M.L. Kisling
‘Schrijvers die uitsluitend volgens de heersende mode schrijven, verdwijnen samen met haar in de eeuwige vergetelheid. Een auteur die zich laat ringeloren uit vrees niet genoeg in de smaak te vallen, weerstaat maar zelden de tand des tijds.’
Dit schrijft een zelfbewuste Claude Crébillon (1707 – 1777) in het voorwoord van zijn roman Doolhof der liefde. Hierin vertelt de mannelijke hoofdpersoon Meilcour hoe hij als jongen van zeventien overrompeld werd door volwassenen uit de hoogste kringen op het hoogtepunt van hun sexuele carrière.
‘Ik heb niet de pretentie de mens te hebben beschreven in elke staat van ontreddering waartoe zijn lust hem kan leiden’, schrijft Crébillon in zijn voorwoord, ‘het gaat hier alleen om de liefde.’ Deze uitspraak is een vernuftige hinderlaag: in werkelijkheid is het de opmaat voor een vermakelijke en vlijmscherpe roman die de mooipraterij en geraffineerde verleidings- èn afstotingskunst van ‘verdorven’ mensen ontrafelt.
Ook na 250 jaar toont dit boek nog feilloos de staalkaart van trucs waarop iedereen bedacht moet zijn die zich op het liefdespad begeeft. Na lezing stelt men zich voor dat Crébillon door een luik in de tijd naar onze oversekste wereld gekeken heeft en gezien dat de mens in wezen niet verandert. Dat we zijn vileine commentaar vandaag de dag moeten missen is jammer. Gelukkig is er Doolhof der liefde, dat de tand des tijds glansrijk heeft doorstaan.