Casanova was een begaafd mathematicus en kon dankzij zijn inzicht in de kansrekening ook uitstekend spelen aan de goktafels in heel Europa. Bovendien werd hij zeer rijk door een koninklijke staatsloterij te beginnen. Dit succes duurde echter niet lang, en uiteindelijk moest hij straatarm het reizen in 1785 opgeven en werd hij bibliothecaris in het kasteel Dux in de Bohemen, waar hij zijnmemoires schreef en op 4 juni 1798 overleed. Hoewel zijn erotische avonturen een ondergeschikte rol spelen in Verhaal van mijn leven, werden ze lange tijd als pornografi sch bestempeld en duurde het tot 1962 voor er een complete editie verscheen. Het verhaal breekt af in 1772, en het is onzeker of de rest verloren is gegaan of nooit is geschreven…
Vertaler en schrijver Theo Kars vulde deze leemte met zijn op vele documenten gebaseerde ‘dertiende deel’ De laatste jaren van Casanova, dat in deze uitgave eveneens is opgenomen. De memoires waren meteen bij verschijnen al een sensatie, en latere studies toonden aan dat zijn autobiografie vrijwel geheel op feiten berust, hoe onwaarschijnlijk sommige gebeurtenissen ook lijken. Ook voor huidige lezers is het boek een belevenis, mede dankzij de fantastische en bejubelde vertaling die Theo Kars in de jaren negentig maakte.