Manet van Montfrans is romanist. Zij doceerde Europese en Franse letter- en cultuurkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Eerdere boeken van haar hand zijn Georges Perec. La contrainte du réel (1999) en Georges Perec, een gebruiksaanwijzing (2003). In haar nieuwe boek neemt Van Montfrans de lezer mee de Franse literatuur in, waarbij ze smakelijke geschiedenissen opdist en de lezer veel verschillende leessuggesties levert.
Steltlopen door de tijd
Moderne Franse schrijvers besteden veel aandacht aan het verleden. Niet alleen aan dat van henzelf maar ook aan dat van voorgaande generaties.
Twee wereldoorlogen, twee dekolonisatie-oorlogen (Algerije en Vietnam), de culturele revolutie van mei ’68 en snelle economische en technologische ontwikkelingen hebben diep ingegrepen in de persoonlijke geschiedenis van grote groepen Fransen en geleid tot een opeenvolging van generatiebreuken. Daarvan getuigt het werk van auteurs als Perec, Modiano, Simon, Bergounioux, Rouaud, Michon, Mauvignier, Deville en Rolin. Zij proberen de toedracht van de breuk met het verleden te reconstrueren, te reiken naar datgene wat eraan voorafging en zo een zekere continuïteit te herstellen. Maar daarbij moeten zij het opnemen tegen de ongezeglijkheid en onbetrouwbaarheid van het eigen geheugen en van dat van anderen.
In Frankrijk is het Marcel Proust die met zijn bespiegelingen over de aard van de herinnering de werking van het geheugen als literair thema op de kaart heeft gezet. Zoals Prousts verteller waden de hier bijeengebrachte schrijvers met grote, onzekere passen, als op stelten, door de zee van de tijd.