Het wezen van de wolk

De aanstekelijkste stukken over poëzie worden in Nederland al jaren geschreven door Guus Middag. Hij leest poëzie zoals je een alledaags gesprek voert: terloops, tussen de bedrijven door. Lezen en schrijven beginnen bij hem vaak met bladeren: ‘Ik sloeg in de boekhandel een boek op en bladerde wat.’ Of met een onverwachte ontmoeting: ‘Midden op straat stond een mevrouw met een grote wieltjeskoffer hulpeloos om zich heen te kijken. Zij vroeg of ik wist, perhaps, where de Vondel Street was.’

Vervolgens zoomt hij in op een gedicht. Wat dat bij hem oproept, brengt hij op een volstrekt eigen manier in verband met van alles en nog wat: smartlappen, sport, popmuziek, nieuwsberichten, porno, de bijbel, architectuur, ontdekkingsreizen, strips, mythologie – en heel vaak ook: andere poëzie. Gedichten komen zo in een fris, nieuw licht te staan en niet zelden blijkt alles anders te zijn dan je zou denken.

Het wezen van de wolk bevat vijftig stukken over binnen- en buitenlandse dichters: van Bai Juyi, Omar Khayyam, John Donne, Jevgeni Baratynski, Emily Dickinson, Vladimir Nabokov en Eugenio Montale tot Jan Emmens, Willem Jan Otten, Menno Wigman, Ingmar Heytze en Cornelis Bastiaan Vaandrager.