B, die mij het best kent, zette mijn kernconflict al na een paar jaar samenwonen heel helder neer.
‘Samen of alleen,’ zei ze. ‘Daar zit het hem bij jou.’
Dingen die je ergens weet en voelt, maar die een ander voor je uit moet drukken. Zelfs terwijl ik deze woorden tik is de strijd er: Ada (heel erg drie) wil bij me op schoot en ik wil niets liever dan ongestoord werken. Ik zal haar zo voor de tv zetten en dan balen van mezelf terwijl ik werk.
In crisissituaties houd ik iedereen op afstand tot ik zo’n situatie onder controle heb, dan is er weer ruimte voor een ouder, een vrouw, een kind, een vriend. Nog altijd moet ik mezelf dwingen de dingen die me dwarszitten te delen, maar ik weet inmiddels dat het écht helpt B te betrekken in mijn misère, en de drempel lijkt steeds minder hoog.
Vijfentwintig jaar had ik een van de sociaalste beroepen, maar je kunt full time in de horeca werken en daarbij een leger vrienden maken zonder ooit écht iets te delen. Ik werd schrijver, zo’n beetje het eenzaamste vak. Een predikant zonder gemeente, pratend tegen een hardnekkig zwijgende god.
Zo nu en dan komt er een project voorbij dat samenwerking vraagt, zoals De Vertellers van Helmers, waar vriend Jan van Mersbergen me bij betrok.
Vijf keer per jaar vragen we schrijvers, acteurs en boekenvakkers om hun lievelingsverhaal voor te lezen in een intieme cafésetting. Jan en ik op een krap bankje van rood velours met die vertellers één voor één tussen ons in. Herman Koch, Maartje Wortel, Abdelkader Benali, Sun Li, Saskia Temmink, Edo Brunner, Chris Polanen, Marian Mudder, Henk Spaan, Arjan Visser, Gonny Gaakeer, Carly Wijs, Femke van der Laan en Gerbrand Bakker, onder veel anderen. Fijne mensen, bijna te dichtbij.
Wat ik zeggen wil: samen doen is aan het winnen.
De volgende Vertellers van Helmers is aanstaande maandag 27 januari om 20:00 uur in café Helmers. De gasten: Arthur van den Boogaard, Hanneke Groenteman, Roos van Rijswijk, Evelien Vos en Manon Uphoff. Vrij entree.
Kom je ook?