De Chinese Muur – foetsie

I)       Met de heli

O, uitroep! O, exclamatio!… Kijk ’m nou toch es gaan die blije Art!… in z’n kekke, knalgele vliegmachientje!… hoppakee… wat gaat dat allemaal snel: ’t lijkt potverdorie wel alsof ie boven Madurodam vliegt!… De Randstad? Randdorp zul je bedoelen… Hopla… daar hebben we Amsterdam al… muren, wegen, daken, pleinen… Lekker geluidje die rotorbladen…

Bij de Amsterdamse stadsgrens heeft ie de gesp van z’n stoelriem al losgekoppeld en nu ie door de bolle voorruit van z’n vliegmachine De Rode Hoed kan zien liggen, stapt Art zo, hop, door dat grappige zijdeurtje z’n helikopter uit… ff een meter of zes van suizenstein – en met een judorol landt ie op ’t platte dak van het pand naast De Rode Hoed… een paar honderd meter verderop stort z’n heli met een vaartje van driehonderd kilometer per uur de Keizersgracht in… Ploetsj!… Net ’t losgeschoten bakje van een zweefmolen… Met hetzelfde gemak gooi je ’t in de afvalbak – da’s waar… alleen de meeste  afvalbakken en containers zijn een paar maatjes te klein voor de spulletjes die Art doorgaans afdankt…

Hij trekt een touw uit de zak van z’n jasje en abseilt langs de voorgevel van De Rode Hoed naar de Keizersgracht.

‘Ik heb een afspraak met de heer Kousbroek,’ zegt Art, binnen, tegen een dame achter een balie.

‘Nou, jij staat nog lekker in de werkstand,’ zegt zijn vrouw. Ze heeft de hele middag met haar zus gewinkeld in Utrecht en heeft zich juist bij hem gevoegd.

‘Ook goed, duifje.’ zegt Art. En tegen het meisje: ‘Geen zorgen! We vinden het wel!’ Hij trekt zijn vrouw mee naar de zaal.

De Quote schat Arts privévermogen op zevenhonderdvijftig miljoen euro. Toch heeft hij er nog altijd reuze veel schik in om zonder te betalen ergens binnen te komen. ’t Gaat om de sport hè? Niet om de knikkers.

Ze gaan in het midden van de zaal zitten. Vrij zicht op het spreekgestoelte en op de orgelpijpen daarachter. Art schikt z’n das, swipet nog wat over de display van z’n Smartphone. Zijn vrouw kijkt een tijdje om zich heen, vertelt Art dan welke celebritys ze allemaal heeft gespot in het publiek: ‘Wim Brands, Tilly Hermans, Martijn Knol, Simone van Saarloos, Judith Uyterlinde, Martijn Knol, Dirk van Weelden, Ivo Victoria, Roel Bentz van den Berg, Martijn Knol, Carel Peeters, Niña Weijer, Edzard Mik, Tijs Goldschmidt, Martijn Knol.’

‘Zegt me allemaal niks,’ zegt Art terwijl hij zijn telefoon in zijn binnenzak steekt, ‘het blijft een obscure business, de Nederlandse muziek.’

‘We zitten bij een lezing, Art.’

 

II) ‘Er zit een mens in’ – De Kousbroeklezing

Komt er in een publieksfilm een filosoof, een wiskundige of een musicus voor, reken er dan maar op dat hij of zij al dan niet gevaarlijk gestoord is. Zie ook Roberto Andò’s Viva la libertà (2014) dat donderdag in première ging. Waar woont, in die film, de bipolair gestoorde filosoof Giovanni Oliveri? In een gesticht. Precies waar het grote publiek kunstenaars, denkers en activisten graag ziet. Opsluiten die lui. Wees jij maar blij met je middelmatige hersenpannetje, vadsig bioscoopbezoekertje, want kijk es waar je terecht komt als je es echt ergens over nadenkt… IN HET GESTICHT! HAHAHAHAHAHAHA!

In het technologische/digitale tijdperk – like!, like! – is afwijken, kritisch denken lastiger, gevaarlijker, ongewenster – en dus gewenster – dan ooit. Apparaten en software worden door mensen gemaakt en gebruikt en zijn dus nooit waardenvrij. In zijn Kousbroeklezing sloopt Maxim Februari daarom De Chinese Muur die Rudy Kousbroek zag tussen dier en ding – tussen mens en techniek.

‘Mens, uitvinding en maatschappij zijn in het digitale tijdperk gaandeweg zo verknoopt geraakt dat technologiekritiek niet anders is dan maatschappijkritiek,’ stelt hij. Daarom is, in Facebookjargon, disliken net zo belangrijk als liken.

Maxim Februari’s Kousbroeklezing verschijnt in het komende nummer van De Gids.

 

III) Vertrek

Art is blij dat hij zich door zijn vrouw heeft laten overhalen de avond bij te wonen. Nanotechnologie, robots, drones, dataverzamelingen die achter de rug van het publiek met elkaar communiceren… hoe hij munt uit de jongste ontwikkelingen moet slaan weet hij nog niet, maar dat hij dankzij de Kousbroeklezing een paar business opportunities op het spoor is gekomen, staat vast… De consument is meer dan ooit bereid zich helemaal over te geven aan het bedrijfsleven… daar moet je van profiteren… Straks een paar jongens en meisjes van R&D op zetten… Art & echtgenote drinken snel een glas wijn en begeven zich dan naar de garderobe – over vier uur moet Art alweer op Schiphol zijn… Hij is even kwijt waar hij ook alweer naartoe vliegt…

Als ze vanuit de garderobe in hun donkere, wollen jassen de foyer in lopen, worden ze opgewacht door een jongen en een meisje. De jongen legt zijn vlakke hand op Arts schouder – absorbeert hem. Een druppel inkt die in een stuk keukenpapier verdwijnt. Het meisje legt haar hand op de schouder van de vrouw – absorbeert haar. Lachend lopen de twee richting uitgang.

‘Doet u mij deze maar,’ zegt het meisje tegen niemand terwijl ze in de loop een gebloemde paraplu uit een paraplubak trekt. Met haar vrije hand pakt ze de rechterhand van de jongen. Samen lopen ze naar buiten, de Keizersgracht op. Overal branden lampen. De maan staat aan de hemel.

‘Wat een mooie avond,’ zucht het meisje.

‘Om door een ringetje te halen,’ antwoordt de jongen.

‘Bijna volle maan.’

‘Oehoe!’

De jongen trapt het slot van een SpartaMet open en maakt vervolgens een rare draai met z’n bovenlijf om zonder z’n gun uit z’n schouderholster te hoeven trekken het discusslot open te blaffen.

‘Zo,’ zegt de jongen als het meisje achterop zit en ze slingerend de gracht afrijden, ‘zullen we es kijken of we in één van die poppenhuizen nog wat kunnen eten?’

 ——-

Tirade – overal. En nergens.

‘Huh?!’

Soundtrack: The Young Persons Guide to the Orchestra – Benjamin Britten/Henry Purcell.

‘Hé, wat leuk! Die muziek zit ook in Moonrise Kingdom!’

‘Dat is punten verdienen op de maandagochtend. De broodrooster komt jouw kant op, vriend.’

‘Wanneer?’

‘Nu. Vangen maar met die spastische handjes van je!’

‘Au!’

 Volgende week: Via Stockholm naar New York.

Foto-verantwoording

‘Er zit een mens in slimme apparaten, in robots, en in die laptop van u, die alvast door het bedrijfsleven is gehackt voordat u hem aanschaft,’ stelt Maxim Februari in zijn vierde Kousbroeklezing.  Foto Maarten Baas’ Grandfather Clock: Frank Tielemans.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *