[p. 284]
Hommage aan het Brits museum
Naar een gedicht van William Empson
Er staat een oppergod, Afdeling Volkenkunde,
een soort van holle pad met als gezicht een schild.
Zijn buik omvat het pantheon dat door een gat
van achteren is ingebracht.
Rondom de navel, rond de punten formeel
onderstreept,
rond de zintuigelijke organen
hebben zich luizen, poppen, plaatselijke goden
vastgezogen. ‘t Zachte hout
kreeg kippevel van alles wat op deze wereld wordt
geloofd.
Laat ons hem aanzien en culturen absorberen
wier code door ons oordeelkundig wordt ontleed.
En laat ons dan, door aarzeling weerhouden
(men vraagt voortdurend waar de uitgang is)
hier blijven staan en inzien dat ook wij de weg niet
weten.
Laat ons toegeven dat het iets is: alles zijn,
of laat ons aan onszelf de twijfel laten.
Laat ons een snuifje stof aan deze god offreren.
Laat ons erkennen dat hij dit gebouw regeert.
Vert. J.A. Emmens