Mijn lief ligt ziek in bed. Vandaag zou zijn testresultaat binnen moeten komen, maar ik wil hem niet wakker maken met de vraag zijn mail te checken. Ik testte zelf drie dagen geleden positief. Aangezien ik goed ben geworden in het praktisch plannen van dat soort dingen, hebben wij beiden, een dag nadat de Belgische regering de wachtperiode ingekort had, onze boosterprik laten zetten. Enkele weken geleden gingen we tijdens mijn lunchpauze naar het vaccinatiecentrum aan de overkant van de winkelstraat waar ik werk en twintig minuten later liepen we weer naar buiten. We hadden allebei geen last van noemenswaardige bijwerkingen. Ik had wel een paniekaanval, maar dat viel te verwachten. Ook bij mijn eerste twee shots was dat het geval geweest. Het resultaat is wel dat de symptomen van onze besmetting nu meevallen – na drie dagen hevige koorts kan ik vandaag alweer schrijven.
Toen ik bericht kreeg dat ik positief getest had, woonden wij net een maand samen. De dokter vroeg aan de telefoon of mijn lief samen met mij in quarantaine zou gaan, of dat ik mezelf in één kamer van ons appartement zou isoleren. Hij zou dan na vijf dagen weer naar buiten mogen. Ik zou mij tien dagen opsluiten in mijn schrijfkamer, waar de futon die ik in mijn vorige woonst om te slapen had gebruikt tegen de muur stond opgeborgen. Hoewel het me niet verbaasde dat hij ervoor koos om samen met mij in quarantaine te gaan, verbaasde het mij misschien wel dat hij hier geen seconde over hoefde na te denken. Blijkbaar vind ik het nog altijd niet vanzelfsprekend dat iemand bepaalde opofferingen wil maken om bij me te zijn.
In de praktijk blijkt samenwonen – het is voor ons beiden de eerste keer dat we dit met een geliefde doen – een kwestie van opofferingen maken, al noemt men dit in minder romantische termen veelal ‘compromissen sluiten’. In bepaalde opzichten kunnen wij niet harder van elkaar verschillen en dit blijkt zich vooral te uiten in, met de woorden van Marguerite Duras, la vie materiélle. Dat wij twee mannen zijn heeft in dezen zijn specifieke voor- en nadelen. Het grootste voordeel is dat geen van ons beiden vasthangt aan een stereotiepe rolverdeling die afgeleerd moet worden. Geen van ons is door zijn opvoeding aangespoord de ander als ware het van nature uit te vezorgen, of zich deze verzorging te laten aanleunen. Het nadeel is dan echter wel dat er geen enkele richtlijn is waarnaar we ons kunnen oriënteren. We moeten het allemaal zelf uitzoeken. En dat brengt af en toe spanningen met zich mee. Geen van ons kan bij het beargumenteren van de juiste manier om de was op te hangen immers op iets anders terugvallen dan dat deze manier de juiste is, omdat hij het altijd zo gedaan heeft. You cannot derive an ought from an is.
In het rumoer van de feestdagen hadden we beiden geen kans gezien naar de wasserette te gaan, en nu we niet naar buiten mogen moeten we toekijken hoe ook onze laatste propere kledingstukken een voor een in koortszweet gedrenkt op de stapels naast ons bed belanden. De discussie over wat de beste manier zou zijn ze weer op te hangen, is voorlopig naar de achtergrond verdreven en in plaats daarvan is er iets belangrijkers naar voren gekomen. Ik, die zo snel ‘koorts maak’, heb, zoals dat mijn gewoonte is, de afgelopen dagen ijlend tussen slapen en waken in bed doorgebracht. Maar ik was niet alleen. Er was iemand bij me die mijn bad liet vollopen en mij voedzaam eten voorschotelde. En ondanks mijn genante gebrek aan kookkunsten ga ik, nu het zijn beurt is in bed te blijven, hetzelfde voor hem proberen te doen. Want ondanks de verschillen in hoe we ons dagelijkse leven ingericht willen zien, hebben we er beiden voor gekozen elkaar bij die inrichting te betrekken. En in deze periode van tedere crisis zien we voor het eerst heel openlijk blootgelegd wat hier de voordelen van zijn.
Wij hebben er nooit een probleem mee gehad alleen te leven. In de volksmond beweert men dat hoe langer je alleen bent geweest, hoe moeilijker het nog wordt om met iemand samen te leven. Dit lijkt me waar, maar ik beschouw dit als iets positiefs. Wij zullen ervoor moeten werken om de ruimte te creëren waarbinnen wij samen kunnen zijn. Goed wetende dat dit allesbehalve vanzelfsprekend is. En juist omdat het niet vanzelfsprekend is, omdat het bevochten moet worden op twee levens die op zich al de moeite waard waren, zal het resultaat minder idyllisch maar des te bestendiger zijn. We wisten immers niet waar we aan begonnen, maar wel heel goed waarom we eraan wilde beginnen. Omdat onze levens nog rijker zouden worden wanneer we ze grotendeels zouden vervlechten.
Ik heb een enorme hang naar controle. Mijn lief is de chaos zelve. Maar hij is mijn favoriete chaos. Het nieuwe jaar is ietwat moeilijk begonnen, maar het belooft fantastisch te worden.