[p. 641]
[Tirade november & december 1983]
De Voetjes Van De Vloer
Wanneer, door de Genade,
het mij gelukt een gedicht te schrijven over Hem,
dat Hem recht doet in Zijn lijden,
weet ik dat Hij de wijn ontkurkt en gaat dansen.
Hij zingt: ‘Hopla. Een roomse homo heeft voor Mij
één gedicht geschreven dat Mij recht doet.’
En nu Zijn sprongen steeds driester worden
roept Hij uit: ‘Groot zijn Mijn werken.’
‘Bij Mij is alles mogelijk.’
Hoog heft Hij boven Zijn beschonken hoofd de tamboerijn:
Hij weet van geen ophouden.
gerard reve