[p. 689]
Later, als ik zwakzinnig ben
met schoothond en schrikvel
houd ik een kruik warm
tegen me aan en praat
ik met je in mijn slaap.
Als je nu kan begrijpen
wat ik dan ga bedoelen,
krakende dorre tak dat ik ben,
ga ik me niet zo afgebroken voelen
maar meer een uitgeblazen paarde-
bloem. Hoor je me dazen?
Daar gaan mijn parachuutjes al.
JUDITH HERZBERG
[p. 690]
Opmerkelijk gezelschap, een geliefde.
Onze voeten, vier eenvoudige dieren
vinden het al heel gewoon. Achter
onze ribben fladdert wat. Bij mij
tenminste. Ik neem altijd maar
aan dat ik niet alleen fladder van
binnen. Nog steeds Kreta.
JUDITH HERZBERG
Lees de Tirade Blog
De poëzie een woningzoekende
Het idee kwam tot me per toeval, zoals de meeste goede ideeën. Ik had een lang en ingewikkeld soort-van liefdesgedicht geschreven voor mijn toenmalige vriendin M. Het was in de stijl van Rilkes Duineser Elegien,die ik ooit was gaan bestuderen omdat ik had gelezen dat Lucebert in zijn jonge dichtersjaren ze als dagelijkse kost verslond....
Lees verderIets ontastbaars – over muziek
Larousse 5 In de meeslepende actiefilm Baby driver timet de chauffeur van een groep bankrovers zijn acties nauwkeurig met liedjes die hij op zijn koptelefoon afspeelt: binnen 2.45 min. moet de buit binnen zijn. Dan komt de politie. Jarenlang timede ik mijn hardlooprondjes met symfonieën van Mahler. Ik liep afstanden die goed binnen de range van...
Lees verderGelukszoekers, zijn we dat niet allemaal?
Op de kade achter de betonnen zeewering zitten ze, met rode sjaals over hun hoofd, half slapend, soms pratend. Een rij van meer dan honderd mannen uit Afrika, bootvluchtelingen in uniformen van het Rode Kruis. Ze staren naar de honderden touwen van onze driemaster, wat gaat er in hen om? Onze bemanning maakt zich ondertussen...
Lees verder
Blog archief