Harriët van Reek
Souvenir
De wc boven, de badkamer, de wc beneden, het meterkastje, de keuken, de voorkamer, de achterkamer, de slaapkamer voor en achter, het kleine kamertje, de zolderkamer voor en achter, het hok waar de ketel staat, de vliering, de overloop, de kast in de slaapkamer achter, de kast onder de trap, de gang beneden, de keukenkast, de kast in de achterkamer, de kast onder de vensterbank in de voorkamer, de schuur, de garage, de kleden van de zolders, de overloop, de slaapkamers, de badkamer, de gang, de voor- en de achterkamer, het gestreepte gordijntje voor het raam van de zolderkamer achter, het oranje gordijntje van de zolderkamer voor, het gordijn uit het kleine kamertje, het gordijn van de wc boven, de gordijnen uit de slaapkamers voor en achter, de luxaflex uit de badkamer, het douchegordijn, de gordijnen uit de voor- en achterkamer beneden, het kanten gordijntje uit het keukenkastje, de vitrage uit de slaapkamers, het kastpapier uit het keukenkastje en uit de kast in de achterkamer, de wc-borstels, de wc-papier-rolhangers van boven en beneden, de lamp uit de badkamer, het boekenplankje uit het kleine kamertje, het tafeltje beneden naast het bed in de achterkamer, het rode lampje op het tafeltje, het blauwe tafeltje uit de zijkamer, het lage groene tafeltje, de eettafel achter, de ronde eettafel voor, het rode kastje achter, de boekenkast voor, de leunstoel achter, de eetkamerstoelen, de twee zitstoelen uit het zijkamertje, de stoel naast de kachel, de schemerlamp van het tafeltje naast de kachel, de secretaire, de lamp op de secretaire, het lampenkapje van de lamp boven de eettafel, de grijze burolamp op de schoorsteen, de lamp boven het groene tafeltje, de planten uit de vensterbank voor, de fruitschaal, de stofzuiger uit de kast onder de vensterbank, het mandje met de poetslappen, het mandje met de schoenenpoets, de oude potten verf, de oude verfkwasten, de ijzeren gereedschapskist, de bloemenvazen, de koektrommels en de puzzels uit de kast in de achterkamer. Uit het kleine kastje in de keuken de pannen, de kookboeken, de frituurpan, de bakspullen, de taartvormen. Uit de la onder het fornuis het tosti-ijzer, de koekenpan en de poffertjespan.
Onder het aanrecht de schoonmaakspullen, de mand met aardappels en de aardappelschillen. Achter de keukendeur aan het haakje de schorten, de lege plastic zakken en de zak met rijst. Aan het haakje naast het fornuis, onder het stopcontact, de theedoeken en de pannenlappen. Uit het kruidenrekje naast de ijskast de kruidenpotjes, het kruidenrekje en boven de aanrecht aan de haakjes de soeplepel, de juslepels, de zeven en het afwasrekje. Op het aanrecht de pot met zout en het bakje voor de zeep. Aan het haakje naast de kraan de afwaskwast, rechts op het aanrecht de spons en de schoonmaakdoekjes. In de voorkamer naast de kachel het schilderij, op de schoorsteen de koperen tabaksdoos, de koperen bel en de staande klok. Uit het rode kastje de bestekbak met het zilver, de houten bak met het broodbeleg, de servetten, de broodtrommel, de onderleggers en de broodplank met de zwaan. Op het rode kastje de postdoos. Uit de la van het rode kastje de doos met oude sleutels, de paspoorten, de bak met centen en de spaarbankboekjes. Uit de keukenkast met de deurtjes, van de bovenste plank de blikken, de inmaak in alcohol, daaronder de kristallen glazen van Ma, de ijscoupes, de wijn-, bier- en drinkglazen, daaronder de koffie- en theekopjes, de schoteltjes, de zilveren lepeltjes, de eierlepeltjes, de eierdopjes, de ontbijtbordjes, de kleine borden, de grote borden, de soepkommen en de soeplepels, de lippenstiften, de poederdoos, de sieraden, de ceintuurs, de wandelstok, de schelpen, het pillendoosje, het blauwe vaasje, de geëmailleerde schaal, de ovale groen met gouden spiegel, de kolenkachel, de droogbloemen, de koeienschedel, het houten beeldje, de koperen kandelaars, het olielampje van blauw glas, de Midzomernachtdroom, alle boeken van Jules Verne in ultramarijnblauwe band, Witte Nachten, de pick-up, de Carmina Burana, Wozzeck, de Chinese plaat, de Indiase plaat, de Griekse plaat, Stravinsky, het zwarte plafond, de oranje trapleuning, het geboetseerde heksje, de slakkensporen op het tapijt onder het rode kastje, de scheuren in de muur, de vetvlekken op de muur, de slijtage plekken op het kleed, de tochtende brievenbus, de geur van het gordijntje in de wc boven, de kapotte deurklink in de keuken, het versleten zeil in de keuken, het geluid van de deur die dichtgaat in het kleine kamertje, het gladde bruine vernis op de voordeur,
de haartjes in de verf op de wc-deur beneden, het geluid van de kamerdeur beneden die dicht valt, het hoesten in de achterkamer, het gestommel in de achterkamer, het geluid van pannen en borden in de keuken, de beslagen ruiten in de keuken, het licht van het peertje in de keuken, het licht van het kleine rode lampje op het tafeltje naast het bed in de achterkamer, het blad met thee in de achterkamer op de eettafel, de tafel vol lege bierflessen in de ochtend, het gerochel in de achterkamer, het geluid van iemand die valt op het dikke tapijt, het geluid van iemand die slurpt, het geluid van iemand die melk drinkt met een rietje, het geluid van zuchten, hoesten, kreunen, mompelen, schuifelende voeten, ademen, fluisteren, murmelen. Melkvlekken, jusvlekken, yoghurtvlekken, vlavlekken, papvlekken, botervlekken, pindasausvlekken, taartkruimels, broodkruimels, soepresten, koekresten, harde korsten achter de kachel, peuken achter de kachel, pissebedden in de hoek van de keuken, slakken in de achterkamer, zilvervisjes onder het zeil in de keuken, nat zand onder het zeil in de keuken, beestjes onder het tapijt, velden van zand onder de matten, de vette randen van het fornuis, de laag vet met stof op de keukenkast, de laag vet met stof op de deksels van de potten op de plank in de keuken, de beestjes in de havermout, de beestjes in het meel, de muizenkorrels in de keukenkastjes, de muizenkorrels in het rode kastje, onder het rode kastje en in de kast in de achterkamer. De zwarte spin. Het slijmerige groene hol van de spin op het plaatsje achter het huis, de spin op het bed in de achterkamer, de spin op de paarse deken. De gele pillen, de witte pillen, de geel met groene pillen, de wit met roze pillen, het doosje met de halve pillen, de lege bruine glazen pillenpotjes op de richel van het raam in de keuken, de groene dekseltjes van de pillenpotjes, de pillen op het tafeltje naast het bed boven, de pillen op het tafeltje naast het bed beneden, de pillen in het rieten mandje met het rieten paardje er voor op de secretaire, de halve glazen water, de halve glazen melk, de rietjes, de stukken oud brood, de stukken oude koek, het rode emmertje met plas naast het bed in de slaapkamer voor, het plankje op het rode emmertje, de groene emmer met plas onder het bed in de achterkamer.
De zoete bittere lucht in de wc boven, de zoete bittere lucht in de wc beneden, de geur van de la met sokken in de linnenkast in het kleine kamertje, de geur van de la met panty’s, de geur van de klerenkast in de slaapkamer achter, de geur van de blauwe duffelse jas aan de kapstok in de gang, de geur van de rand van de zwarte pet, de geur van de kraag van het bruine ribfluwelen colbert, de geur van de blauwe wollen trui, de witte kast in de slaapkamer voor, de plank met de lange blauwe broeken met elastiek in het middel, de olijfgroene stropdas van suède, het lichtbruine ribfluwelen colbert, de donkerbruine ribfluwelen broek, de lichtblauwe overhemden, de gestreepte overhemden, de schoenen van zacht leer, de lichtblauwe pyjama’s, het bovenste knoopje van het overhemd dat nooit dicht geknoopt was, het stukje van de hals wat je kon zien, de adamsappel, de rand van het t-shirt op de huid van de hals, de oren, de zachte haartjes op de grote roze oorlellen, de grijze krullende haren in de bakkebaarden, de krulletjes in de nek, de gebogen nek als ik de nekharen knipte, de kleur van de huid van de nek, de warmte van de huid van de nek, de vochtige handdoek om de haartjes uit de nek te vegen, de geur van het haar, het voorhoofd, de drie horizontale rimpels in het voorhoofd, de verticale scheve rimpel tussen de wenkbrauwen, de ronde komische wenkbrauwen, de grote neus met de adertjes in de punt, het leuke stukje tussen de mond en de neus, de mond, de lach van de mond, de lippen van de mond, de sprekende mond, de vertellende mond, de gapende mond, de mond met de mooie grote voortanden, de mond met het vreemde kunstgebit, het kunstgebit in het bakje, het kunstgebit op de grond, hij op de grond in de voorkamer tussen de tafel en de stoel in, hij op de grond in de achterkamer, hij op de grond in de badkamer, hij op de grond op zolder, hij op de grond in de gang op de kokosmat, hij in de nacht naast het bed op de grond in de achterkamer, hij met z’n gezicht op de grond. De honderden keren dat hij op de grond lag in de voorkamer, in de achterkamer, in de slaapkamer, in de badkamer, in de tuin, op de overloop. De wonden op de scheenbenen, de wonden op de knieën, de wonden op de ellebogen, de wonden op het hoofd, de kapotte lippen, de kapotte neus, de gewonde slaap, de verbrande arm, de verbrande hand, de gekneusde arm,
de gekneusde ribben, de blauwe plekken, de verlamde benen, de verlamde handen, de verlamde armen, de verlamde vingers, de verlamde voeten, de verkrampte handen, de verkrampte voeten, de verkrampte vingers om de stoelleuning, de verkrampte vingers om het kopje, de verkrampte handen in de schoot, het verkrampte lichaam in het bed, de duizenden eenzame nachten, de duizenden eenzame middagen, de duizenden eenzame avonden, de duizenden eenzame ochtenden, de eenzame kamer, het eenzame bed, de eenzame maaltijd, het eenzame zitten, het eenzame staan, het eenzame liggen, het eenzame slapen, het eenzame tafeltje, het eenzame lampje, het eenzame pillendoosje, het eenzame venster, de eenzame handen, de zachte vingers, de lijnen in de handpalm, de oude tekeningen, de schilderijtjes, de verticale ribbeltjes in de nagels, de polsen onder de schone manchetten van de lichtblauwe overhemden. De blauwe ogen, vrolijke, treurige, lieve, verlangende, zieke, eenzame ogen, de tranen in de ogen, de dichte ogen, de slapende ogen. De koude voeten, de witte zachte voeten, de mooie tenen, de mooie harde blauwwitte schenen, de littekens op de enkels, de littekens rond de enkels, de littekens boven op de voeten, de houten klompschoenen, de vodden in de houten klompschoenen.
Het glazen bos, de beer die in de bamboesa woonde in de achtertuin, de warme konijnenkoek, de Chinese keizer die op bezoek kwam, de krokodil die kon spreken, de ommuurde tovertuin, de kabouter in de voortuin, de met suiker gebakken sprinkhanen, de gebakken mieren, het vieze geraamte, de kruik van Hans, de verhalen van de 2e garnituur, de verhalen van de 1e garnituur, de zwarte vlag, de witte vlag.
Het kamertje met de pauwenveer op het witte kastje in de hoek, het bruine dingetje in de lucht, het open raam, het duinlandschap, de zee, het strand, de golven, de Noordpool, walvissen, dolfijnen, ijsbergen, de blauwe lucht, ultramarijnblauw, zwart, de hemel.