[p. 156]
M. Vasalis
Coma
Een plotselinge tranenvloed
stort uit haar ogen, die niet zien.
Natuurverschijnsel – of verdriet?
O felle hoop van hem, die als een valk
boven haar biddend in dat landschap speurt
of er iets leeft, beweegt, gebeurt.
Maar ‘t is er niet.
[p. 157]
Troje. – Timeo Danaos et dona ferentes.
Metastasen
Voor Fan
Toen je de aanvallen had afgeslagen,
de vijand weggetrokken scheen,
de vuren vlamden en een feestgetij
was aangebroken – was het al voorbij.
De grote poort gesloopt, het Paard kwam binnen,
zaaide zich uit in duizend vreemdelingen
onmerkbaar eerst. Ze gingen niet meer heen.
Voor ‘t eerst vertrouwend, kwetsbaar voor het eerst,
toegankelijk, van geluk bijna bedeesd,
ben je verraden en verwoest. En nà de strijd.
Van binnen uit.