Medewerkers aan dit nummer
Ina Andrea (1956) debuteert als dichter. Ze werkt in de dienstverlening in het noorden van het land.
Arie van den Berg (1948) publiceerde onder andere drie dichtbundels en is poëzierecensent voor nrc Handelsblad.
Jan Baeke (1956) is dichter en vertaler. Zijn laatste bundel is Groter dan de feiten, die werd genomineerd voor de vsb Poëzieprijs. Eerdere gedichten uit de serie ‘Blessures’ verschenen in Tirade 410 en 414.
Emma Crebolder (1942) publiceerde een aantal poëziebundels. Zij studeerde Afrikaanse talen en geeft onderwijs in het Swahili.
Enno Endt (1923-2007) was neerlandicus en Gorter-kenner. Hij werkte tot 1986 aan het instituut voor Neerlandistiek in Amsterdam. Zijn belangrijkste publicaties zijn de Herman Gorter Documentatie (1964, tweede druk 1986), de studie Het Festijn van Tachtig (1990) en zijn edities van Gorters Verzamelde lyriek deel 1, het lange gedicht Mei en de bundel Verzen uit 1890. Bekend is zijn Bargoens woordenboek (1972, negentiende druk 2006), gemaakt samen met Lieneke Frerichs.
Lieneke Frerichs is neerlandica, en de echtgenote van Enno Endt. Zij promoveerde in 1990 op Nescio’s De uitvreter, een teksteditie met een studie over de genese van het verhaal en de verhaalfiguur, en bezorgde in 1996 de twee delen van Nescio’s Verzameld werk. Haar laatste artikel ging over de band tussen Gorter en Bergen aan Zee. Zij is hoofdredacteur van het Verzameld werk van Karel van het Reve.
Joop Goudsblom (1932) was een van de oprichters van Tirade in 1957 en heeft de naam voor het tijdschrift voorgesteld. Hij was van 1968 tot 1997 hoogleraar sociologie aan de Universiteit van Amsterdam. Naast werk op
zijn vakgebied publiceerde hij Reserves (1998), een bundel aforismen, notities en korte gedichten, waarin opgenomen het eerder verschenen Pasmunt (1958, 1976).
Rutger Heringa (1965) is werkzaam als vreemdelingenrechtadvocaat. Daarnaast schrijft hij korte verhalen, waarvan hij er een voorlas bij het radioprogramma Duizend Woorden. Hij publiceerde niet eerder in een literair tijdschrift.
Sasja Janssen (1968) is dichter, schrijver en docente Nederlands als tweede taal. Zij publiceerde verhalen in De Revisor en Raster. Bij uitgeverij Querido verschenen de romans De kamerling (2001), Teresa zegt (2005) en de dichtbundel Papaver (2007). Momenteel werkt zij aan een tweede dichtbundel.
Jeroen van Kan (1968) is redacteur van Tirade en De Avonden. Hij publiceerde eerder essays en verhalen in onder andere De tweede ronde.
Lieke Marsman (1990) studeert filosofie en debuteerde in Tirade nummer 427. Ze werkt als redactielid voor Met andere zinnen, waarin ze een aantal malen publiceerde, en droeg gedichten bij aan online tijdschrift Meander en Op Ruwe Planken.
Paul Meeuws (1947) publiceerde in het verleden twee verhalenbundels en een paar kunstenaarsmonografieën. De cyclus ‘U’ beschouwt hij als zijn tweede debuut.
Jan van Mersbergen (1971) debuteerde in 2001 met de roman De grasbijter, die genomineerd werd voor de Debutantenprijs. Bij Cossee verschenen vervolgens De macht over het stuur, De hemelrat, en in 2007 de roman Morgen zijn we in Pamplona, die meerdere malen werd genomineerd en in vertaling zal verschijnen in Frankrijk (Gallimard) en Duitsland (Kunstmann). Ook wordt er gewerkt aan de verfilming (IDTV/Motel). Zijn nieuwste roman verscheen in april 2009 onder de titel Zo begint het.
Monica Metz (1941) publiceerde onder andere drie verhalenbundels plus een novelle en is medewerkster van nrc Handelsblad.
Lodewijk van Oord (1977) is als docent verbonden aan het United World College in Wales. Zijn verhalen, essays en gedichten verschenen in diverse literaire tijdschriften.