1.
Ik ontleen deze gegevens aan het nog altijd klassieke werk van F. Sierksma, De religieuze projectie (3e druk, Amsterdam 1977) 19ff.
2.
E.J. Dijksterhuis, De mechanisering van het wereldbeeld 1:7 (4e druk, Amsterdam 1980).
3.
De term is van Dessaur. Ondanks de fundamentele verschillen tussen de ?joodse? en de ?griekse? metafysica acht ik haar inzoverre gerechtvaardigd als zowel de persoonlijke God van de joods-christelijke traditie als de Aristotelische ?vormen?, ?entelechie? en ?Eerste Beweger? typische hypostasen van de extravert gerichte mens en diens begrippenwereld zijn. Dat geld m.i. zelfs voor de Platonische Idee?n, al ben ik het met Dessaur eens, dat Plato als een boeiende ?tussenfiguur? moet worden gezien. In nog sterkere mate is dat natuurlijk het geval met de Neoplatonici en met de grote Westerse mystieken, die Dessaur jammer genoeg bij haar ?ondergrondse? stromingen niet bespreekt, hoewel ook zij door de offici?le Kerk vaak als ketters vervolgd zijn (Meister Eckhardt) of waar dit niet het geval is (b.v. bij de grote vertegenwoordigers van de spaanse mystiek als Teresa van Avila en Juan de la Cruz) toch altijd met wantrouwen bekeken zijn; mystiek riekt nu eenmaal altijd bedenkelijk naar zelfverlossing!
4.
Het spreekt vanzelf dat ik hier alleen over het beschaafde deel van de wereld spreek, en het verzet van de dialectisch-materialistische Kerk (inderdaad een ?Kerk?) dus buiten beschouwing laat.
5.
Dijksterhuis V:9.
6.
Werner Heisenberg, Physik und Philosophie (Berlin 1959) 58f. Een typisch voorbeeld van een poging tot interpretatie van het wereldbeeld van de moderne wetenschap in termen van Oosterse filosofie is b.v. Fridtjof Capra, The Tao of Physics (London 1974).