- A. Alberts Herinnering aan A. Koolhaas
- Robert Anker Grensliederen
- Hans van den Bergh Het Ware dieren-verhaal
- T. van Deel Ik zou nog tuimelen
- Een zee van eieren Juryrapport P.C. Hooftprijs 1992
- Doeschka Meijsing A. Koolhaas
- Willem Jan Otten Onbezonnen volmaakt
- Leo Vroman Brief
- Vonne van der Meer Nachtgoed
- Pieter A. Kuyk
- H. Brandt Corstius Het geweer
- Herman Coenen
- Willem Jan Otten Het innerlijke schip Over Arthur van Schendel: het fregatschip
- L.F. Rosen
- Poëziekroniek
[p. 47]
1936; tennis, je witte haarband
wondermooie benen, een meisje dat
door dromen joeg waar geen jongen
over praatte; je frêle kracht die hen
onzeker maakte, niet bedacht op de
precisie en de snelheid van de ballen
die je sloeg; jaloers op mij die haar
partij kon geven.
[p. 48]
Zomer, zacht vuur
dat niet doofde
er hing heelal in de
lucht, een libel, een
libelle erboven.
[p. 49]
In volle straten, tussen
vlaggen door en wittebrood het
groeiend uitzicht op je dood
alle moed bijeengeraapt
naar de hemel geroepen:
en als ze nu eens bloot-
ligt en niet slaapt.
[p. 50]
Om ‘het meisje met het rode haar’
om een stoel vannacht weer zo
op jouw manier apart geschoven en
voor het ochtend werd teruggezet:
mijn rug gerecht of ik de aanval zocht
want stoelen kunnen uit zichzelf niet
bewegen en die film is allang weer van
grijs glas.
Ik dacht ik red het wel vannacht.
Het schemert. Zes juni zegt de scheurkalender.
D.-day. ‘t Staat er niet meer bij.
Wat door de straten gonsde, van de daken zong
het liet me koud die dag want
waar was jij.
[p. 51]
Had ik ze liever niet geschreven
die paar gedichten over ons?
Mijn lange leven nog na jou:
vol eigen tijd, steeds warser van
een waarheid die aan waarheid wint
hoe meer de werkelijkheid erin gelogen,
de onze, die ik steeds meer in mijn
botten vind en nog maar zelden in mijn ogen.
[p. 52]
Oud zand waarin kinderen groeven
naar dingen die ze van me wisten:
ik had de oorlog meegemaakt. Er kwam
een fort boven. Zie je wel! Voel hoe
hard! Het diepst lagen de resten van
een oprijlaan naar water. Dat vroeg
om uitleg: waarom zo onder. Die les
lukte niet, maakte verlegen, knoopte
mijn jas dicht, dekte toe.
Toch een held hoorde ik zwijgen.
[p. 53]
Herinner mij. Doe me voor alle eeuwigheden slapen:
mijn liefste liet me voor een ander.
Sluip toe vannacht, jij hebt de oudste rechten;
zie mijn gebogen nek, kniel naast me, richt met
liefde, schiet.
Lees de Tirade Blog
Iets ontastbaars – over muziek
Larousse 5 In de meeslepende actiefilm Baby driver timet de chauffeur van een groep bankrovers zijn acties nauwkeurig met liedjes die hij op zijn koptelefoon afspeelt: binnen 2.45 min. moet de buit binnen zijn. Dan komt de politie. Jarenlang timede ik mijn hardlooprondjes met symfonieën van Mahler. Ik liep afstanden die goed binnen de range van...
Lees verderGelukszoekers, zijn we dat niet allemaal?
Op de kade achter de betonnen zeewering zitten ze, met rode sjaals over hun hoofd, half slapend, soms pratend. Een rij van meer dan honderd mannen uit Afrika, bootvluchtelingen in uniformen van het Rode Kruis. Ze staren naar de honderden touwen van onze driemaster, wat gaat er in hen om? Onze bemanning maakt zich ondertussen...
Lees verderWeer aan het licht gekomen - over prehistorie
Larousse 4 De Amerikaanse schrijfster Jean M. Auel begon in de jaren zeventig te studeren op wat haar grote romancyclus over de prehistorie zou worden: Earth’s Children. Ik las er daar in de jaren ‘80 drie van, de beste is De stam van de holenbeer. Het verhaal speelt 30.000 jaar voor Christus. De periode waarin...
Lees verder
Blog archief