[p. 616]
Speelhuisje
Met open dak muziek. Steeds weer
hetzelfde, maar steeds minder snel,
dus anders. Het droevig haperen,
de toon die graag nog wil, en bijna
niet meer kan. Je ziet ineens dat
er geen echte bloemen voor het raam,
geen waaiende vitrages zijn. Deur
dicht, het wezenloze tuintje, altijd
zomer, alles stil.
T. van Deel