Wie dacht dat J.J. Voskuil (1926–2008) na zijn overlijden zou zwijgen, kwam bedrogen uit. Binnen de huid, De buurman, Mensenkinderen en Ik ben ik niet – ze verschenen na zijn dood met een bijna ijzeren regelmaat. Maar verreweg het grootste werk moest nog komen: zeven delen dagboeken. Op woensdag 21 september presenteren we u het eerste deel, Bijna een man. Dagboeken 1939-1955, tijdens een literaire avond met Voskuilkenners- en liefhebbers, waaronder Mirjam van Hengel, Hanneke Groenteman en Elsbeth Etty.
Locatie Aula Lutherse Kerk
Ticketprijs 5 euro. Koop je ticket hier: https://www.athenaeum.nl/voskuil
Van 1939, het jaar waarin Voskuil dertien werd, tot 2006, het jaar dat hij tachtig werd, hield Voskuil dagboeken bij – meer dan 160 schriften vol. Deze schriften vormen de basis voor het typoscript van zijn levensbeschrijving.
De dagboeken zijn een zeer persoonlijke kroniek van een tijdvak, ruwweg twee derde van de twintigste eeuw. De naoorlogse intellectuele elite wordt door zijn fijnschildershand geportretteerd en gefileerd, waarbij er maar weinig heel blijft van de broodschrijvers en andere kunstbroeders en -zusters. Ook de wetenschapsbeoefenaars mogen op een demasqué rekenen, geheel in lijn met en stijl van Het Bureau. Waar in zijn boeken de monologue intérieur vrijwel steeds ontbreekt, bevatten de dagboeken een rijke gedachtewereld. Voskuil ontleedt zichzelf genadeloos. Het levert een zelfportret op dat, zoals hij dit zelf uitdrukt, niet altijd sympathiek is. De bijeenkomst van deze feestelijke avond is het eerste moment waarop het boek kan worden gekocht.