A.P. Tsjechov
Op kamers
In 1876 verhuisde het gezin Tsjechov van Taganrog aan de zwarte Zee naar Moskou. De toen zestienjarige Anton Pavlovitsj Tsjechov (1860–1904) moest het gymnasium afmaken en bleef er nog drie jaar wonen: op kamers. In die jaren moet de kiem gelegd zijn voor een schrijverschap dat hem ten slotte wereldberoemd maakte. In 1879 voegde hij zich weer bij het gezin en ging medicijnen studeren. Om het gezinsinkomen te helpen vergroten schreef hij tussen zijn twintigste en vijfentwintigste jaar honderden korte verhalen voor moppenblaadjes die Libelle of De wekker heetten. Hieruit maakte Tsjechov enkele jaren voor zijn dood een zeer strenge keuze voor zijn Verzameld Werk. Deze eigen keuze is opgenomen in Op kamers – de verhalen uit de periode 1880-1885. Aan hun schitterende nieuwe vertaling (2004) voegden Tom Eekman, Aai Prins en Anne Stoffel ook enkele verhalen toe die door Tsjechov werden afgekeurd. Het is fascinerend om te overdenken waaróm hij ze afkeurde, want als je ze vergelijkt met degene die hij wél goed genoeg vond, blijkt een doorslaggevend kwaliteitsverschil nog niet zo eenvoudig aan te wijzen…
De Verzamelde verhalen van Tsjechov verschenen tussen 2004 en 2010 in een splinternieuwe vertaling in onze vermaarde Russische Bibliotheek: samen 3000 bladzijden dundruk op zuurvrij papier, echt gebonden met stofomslag. Die delen blijven uiteraard beschikbaar maar bij voldoende belangstelling komen zij ook binnen bereik van de wat smallere beurs in de reeks VAN OORSCHOT HARDCOVERS. Daarin verscheen eerder ook Tsjechovs onvervalste ‘whodunnit’ Drama op de jacht.
Prijs:
€ 18,00
Uitverkocht