Melchior Bastiaanse is weduwnaar en beheerder van de kerk in een dijkdorp dat hij gedurende zijn leven opgeslokt zag worden door het grote Amsterdam. Maar zijn dorp is niet het enige wat hij verloor.
Als Melchior op een regenachtige dag een klein meisje in zijn moestuin aantreft dat daar op zoek zegt te zijn naar een ijsvogel, komt de deur naar zijn verleden op een kier te staan. Hij biedt haar en haar moeder onderdak, maar trekt die deur daarmee steeds verder open. Op een stille winterdag zo’n zestig jaar geleden verdronk zijn klasgenootje Micha Meijer in een buitendijkse sloot. Was Melchior echt de vergeefse redder die het dorp daarna van hem maakte?
Gilles van der Loo maakt voelbaar wat er gebeurt als we het goede in onszelf niet meer kunnen zien, en dat het nooit te laat is om het te hervinden. Met Dorp levert hij een geserreerde en lyrische roman af, waarin decennia menselijke geschiedenis door een ongebruikelijke, maar verbijsterend geloofwaardige stem worden vervat.