[zonder titel]

twee lieve hoeren hielpen de oude boer
zij vroegen geld maar ’t was met liefde
en zorg en vakkennis
dat zij hem uitkleedden
streelden, zweven lieten
over zijn eigen land
dat hij zo nog niet kende

Uit: D. Hillenius Verzamelde gedichten

[zonder titel]

Wetten zijn
de strakke lijnen van ijskristallen
netten wevend
van de dood
 

Leven is
in ontduiken van wetten
vechtend ontkomen
aan vernietiging

Uit: D. Hillenius Verzamelde gedichten

 

 

Nieuwe aanbiedingen in de webwinkel

Speciaal in onze nieuwe Oorshop zijn weer drie prachtboeken tijdelijk in prijs verlaagd. U vindt ze in de categorie ‘Kelderrestanten’.
Het gaat om de Verzamelde Gedichten van Jan van Nijlen, van 32,50 voor 20 euro, van D. Hillenius van 22,50 voor 12,50 en Chr. van Geel van 45 euro voor 25 euro.

Ga naar de winkel (rode knop ter linkerzijde) om deze bijzonder lage prijzen te kunnen geloven.

1960-1970

Goedkopere druktechnieken vergemakkelijkten de opzet van drie nieuwe series, waarvan de uitgave in dit decennium haar beslag kreeg. De door Helmut Salden uniform vormgevenen STOA-reeks (41 delen) bood plaats aan essays en (semi-) autobiografische geschriften. In de Witte Olifant-reeks (50 delen) verschenen romans en verhalen. Hiervoor werd als ontwerper de schilder, tekenaar, grafiscus, decorbouwer, kortom duizendpoot Nicolaas Wijnberg aangetrokken. Onder diens redactie verscheen ook de Domino-reeks (12 deeltjes) met daarin grafisch werk van hedendaagse kunstenaars als onder meer Fiedler, Mensinga, Mogendorf, Veldhoen en Wijnberg zelf.  

Tussen 1960 en 1970 debuteerden onder meer H. Drion, Tom Graftdijk, Judith Herzberg, Jan Hanlo (met proza), D. Hillenius, H. Kaleis, Rutger Kopland, Renée Plate, Theo Sontrop, Loden Vogel en J.J. Voskuil in boekvorm.

A. Koolhaas maakte furore met achtereenvolgende bundels dierenverhalen, en van ‘oudgedienden’ als Pierre Kemp, Nescio en Hendrik de Vries verscheen voor het eerst in jaren nieuw werk. De herlancering van de bekendste romans van Marcellus Emants en J. van Oudshoorn mislukte (op Emants’ Een nagelaten bekentenis na, maar die van de zo goed als vergeten en Theo Thijssen luidde een herwaardering voor diens werk in. Willem Frederik Hermans vertrok na felle ruzies, die tot in de rechtszaal werden uitgevochten, naar De Bezige Bij, waar men in 1949 De tranen der acacia’s niet had willen uitgeven. Met de publicatie van zijn ‘bekentenisbrieven’ in Op weg naar het einde (1963) en Nader tot U (1966), waarin hij onverbloemd schreef over zijn homoseksualiteit, brak eindelijk ook Gerard Reve door naar het grote publiek.

1980-1990

Nadat hij Gemma Nefkens, die enkele jaren tevoren bij de uitgeverij was komen werken, en zijn jongste zoon Wouter in de directie had opgenomen, concentreerde Geert zich op het afronden, c.q. veiligstellen van projecten die hij onder handen had (waaronder in de eerste plaats Multatuli’s Volledige werken), terwijl hij zich voor de dagelijkse gang van zaken meer en meer op de jonge garde begon te verlaten.  Halverwege de jaren zeventig was een eind gekomen aan de samenwerking met de typografen Helmut Salden en Nicolaas Wijnberg, als gevolg waarvan enkele jaren lang vrijwel alle boekomslagen er even identiek als lelijk kwamen uit te zien. Met het aantrekken van de onvolprezen typograaf Gerrit Noordzij kreeg het fonds gelukkig weer een fraai gezicht.

Het besluit om de Russische Bibliotheek voorzichtig uit te breiden met nieuwe delen keurde Geert ongezien goed; begonnen werd met een keuze uit de brieven van Dostojevski, Poesjkin en Toergenjev, die werd gemaakt en van commentaar voorzien door Karel van het Reve. De invoering van drukgeschiedenissen en het meer nauwgezet toezenden van correctie-exemplaren verbeterde de zakelijke verstandhouding met Willem Frederik Hermans en Gerard Reve aanzienlijk. Het leidde wat Reve betreft onder meer tot drie nieuwe uitgaven: Brieven aan Josine M. (1981), Brieven aan Ludo P. (1986) en Verzamelde gedichten (1987).

In deze periode debuteerden Eep Francken, Jaap Goedegebuure, Marko Fondse, Ronald Havenaar, Tomas Lieske, Yvo Pannekoek, Kees Ruys en Rogi Wieg in boekvorm. De schrijver-bioloog D. Hillenius, die na zijn debuut in 1961 elders onderdak gevonden had, keerde terug, terwijl ook Jan Stavinoha van uitgeverij wisselde en zijn werk hier onderbracht.

In 1985 verscheen ter gelegenheid van het veertigjarig bestaan van de uitgeverij de opmerkelijke bundel Gedichten, waarvoor Elisabeth Eybers, Fritzi Harmsen van Beek, Judith Herzberg, Hanny Michaelis, Annie M.G. Schmidt en M. Vasalis elk tien gedichten uit eigen werk bloemleesden, en die zeer succesvol bleek.

Geert van Oorschot stierf op 18 december 1987.

Ademgaten – denken over dieren – verschenen

D. Hillenius (1927-1987) wilde componist worden (hij speelde goed piano) maar werd bioloog, dichter en schrijver van reisverhalen en essays waarmee hij zich een grote schare bewonderaars verwierf. Een van die bewonderaars, Tijs Goldschmidt, schrijver van onder meer Darwins Hofvijver, Oversprongen en Kloten van de engel herlas Hillenius omvangrijke oeuvre en stelde een aansprekende bloemlezing samen die hij tevens inleidde.
De titel Ademgaten ontleende hij aan Hillenius uitspraak: ‘Een van de belangrijkste fucties van kunst vind ik het verstoren en doorbreken van de hiërarchie – het maken van ademgaten – zodat, ook al zit je ergens in een onderlaag, je jezelf via de kunst kunt bevrijden.’

Hillenius is een essayist van het type dat zeldzamer wordt: volstrekt onafhankelijk denkend lijkt hij gaandeweg in elk essay af te drijven van waar het hem om begonnen was. Na lezing echter moet men vaststellen dat men nieuwe inzichten omtrent het besproken onderwerp heeft opgedaan; dat men heeft geleerd origineel mee te denken – ook over een onderwerp waarvan men niet veronderstelde dat men dat kon.

pers:
Dat Hillenius’ stukken over dieren of natuurverschijnselen ook voor niet-biologen, ook na veertig jaar, een genot zijn om te lezen , komt doordat het bij hem meer gaat om het kijken dan om het vinden.’
–Aleid Truijens, de Volkskrant

Voorjaarsaanbieding 2009

Harde band – zachte prijs | Van Oorschot hardcovers