NOWELA
Toen ze aan de generaal Branickatram haar voet was kwijtgeraakt,
was haar tuin in het midden van de werf verruïneerd.
Een deel was met gaas bedekt, zoals de voile die de weduwe verbergt;
uitgegroeid tot netten met stengels en troep.
Op een houten tafel een spoor van zwarte speelkaarten,
op het grindpad een muis.
Ik herinner me de nobele Branicka van daarvoor,
in de jurk van eeuwen, het zilveren helium van haar haar.
Ze pakte van de vloer een breekbaar kopje,
Zilveren parels, botercakejes, en in een pose van een portret van Maria Ludwika
wachtte ze op haar drie oude mannen.
Ze had er onmiskenbaar drie – die van de Desa-winkels, die van de dansschool
en die van het pension.
Ze droegen grote grote zwart glooiende hoeden
als in korsetten vervat, waarvan de baleinen kraakten.
‘Ce sont des Vieilles’ dacht ik in het Frans,
en op zijn Frans dronken zij slappe koffie en lachten op zijn Frans,
Als piepende, klein wedstrijdjes vlogen
slaperig bijen uit en grote vlinders en er was veel gepraat,
om die andere geluiden niet te horen.
Toen ze aan de generaal Branickatram haar voet was kwijtgeraakt,
naar het gerucht ging door dikdoenerij, de eerste bij het borduren
een naald at, de tweede zich verslikte in een rozenkrans, maar onsterfelijk bleek,
en de derde werd niet gevonden.
Ik kijk naar de puinhopen van de werf op de binnenplaats,
ik denk aan een afzonderlijke voet, een vrouw,
Wind op mijn borst, een beetje regen in mijn gezicht
het is tijd in de oven te verbranden.
…
Een paar weken terug was ik in Warschau. Toen ik ‘s avonds een rondje liep stuitte ik op een plaquette met een gedicht van Stanisław Antoni Grochowia (1934 – 1976) , een woeste dichter die op 42 jarige leeftijd in Warschau stierf.
Het centrum van Warschau werd na de Oorlog herbouwd, deels door goed te kijken naar schilderijen die Canaletto in de 18e eeuw maakte…Elk nieuw land, elke nieuwe stad is een gedicht dat je met zeer beperkte middelen tracht te vertalen tot iets wat in het geheel niet klopt. In bovenstaand geval een compilatie van wat google translate in vier talen met het gedicht doet. Het klopt niet, maar het klopt wel. Het geeft althans nu in deze verminkte vorm heel goed weer wat ik in korte tijd van Warschau heb begrepen. Weinig en van alles dus.
Het is een beeld van een stad waarvan je in de gidsen kunt lezen hoe vaak en hoe grondig zij verwoest is.
(ps voor wie echt wil weten hoe het gedicht gaat – en voor wie een beetje Pools kent – wordt het op deze pagina geciteerd, en: lees je echt Pools? Ik wil dolgraag weten wat er staat!)
—————————–
Menno Hartman (1971) is uitgever bij Van Oorschot en was redacteur bij Tirade. Leest nu Adam Zamoyski Poland, a History