Dikke boeken blijven lang hangen: Oorlog en vrede, De toverberg, Diepe wildernis, de wegen van João Guimarães Rosa, misschien alleen al vanwege hun omvang en hoe lang je er dus mee leefde, etsen ze het verhaal in je ziel. En de tijdspanne die verteld wordt lijkt overeen te komen met de omvang van het boek. Dikke boeken over lange tijd. Misschien is dat het belangrijkste wat zich wreekt in Werner Herzogs Het schemeren van de wereld.
Lang geleden schreef ik voor een krantje bij een documentairefestival. Net afgestudeerd, bleu. Er was een retrospectief van Werner Herzog dus werd ik met een vriend een een hok ingestuurd om bij een oude vhs machine een tiental documentaires van deze vermaarde filmer te zien. Ik kwam verbijsterd uit dat hok. Wat een talent, wat een verhalen, werkelijk een ongelofelijk oeuvre! Een neus voor het juiste verhaal dat zijn weerga niet kent. Iets dergelijks schreef ik geloof ik ook op: een veelzeggende manoeuvre was dat Herzog durft A. uit te gaan zoeken en B. te vinden. Gaat ‘ie een vulkaan op enge shots van een eruptie te maken, dan komt ‘ie een groep mensen tegen die daar het einde af wachten. Wil hij een Quaker-gemeenschap leren kennen, dan stuit hij op wonderlijke veilingmeesters die een kunst maken van verbaal-vocaal biedingen noemen. Volgt hij een groep doofblinden met hun uitje in een cactuskas (op zich al een briljante vondst) dan is zijn meest weergaloze minutenlange shot van een douchende jongen na afloop. Etc etc.
Het verhaal van Hiroo Onoda dat in dit boek beschreven wordt, is even bekend als verbluffend. De Japanse soldaat werd in 1945 opgedragen stand te houden op het Filipijnse eilandje Lubang, en leefde daar in de jungle in de overtuiging dat de oorlog voortging tot 1974. Daarmee dus 29 jaar achterlopend op de tijd. Taniguchi, zijn meerdere die hem de opdracht gaf te blijven totdat ze hem zouden halen had intussen al die tijd een boekwinkeltje in Japan.
Ik denk niet dat dit een verhaal is dat je in honderd bladzijden moet willen vertellen. Er is een zekere analogie tussen omvang en tijdsduur denk ik in literatuur, tenzij je daar bijzondere narratieve trucs voor vindt. Die vond Herzog niet. De onbegrijpelijke hoeveelheid tijd komt niet over het voetlicht. Iets anders wat achterwege blijft in dit verhaal is Onoda’s omgang met informatie. In films en in zijn geboorteland Japan kreeg Onoda net als bij Herzog een heldenstatus. Maar blinde gehoorzaamheid, de neiging elke juiste informatie als propaganda te interpreteren en de onwil of het onvermogen werkelijk op zoek te gaan naar goede informatie zijn eigenlijk niet zulke heroïsche eigenschappen.
Anders dan in zijn documentaires vindt Herzog hier niet de achterzijde van het verhaal, maar slechts de voordehandliggende fascinatie. Boeiend genoeg, hoor. Dat was misschien zo erg nog niet als je tenminste ergens een dag voelbaar had gekregen in zijn werkelijke duur. Een dag dat de regen neerdaalt op een Filipijns eiland en je niets kunt doen dan afwachten. Onoda heeft kunnen wachten als geen ander. En wat er dan in dat hoofd gebeurde, dat had ik wel graag echt goed beschreven willen zien.
Bewondering heeft Herzog nog niet zoveel vaker in de weg gestaan. Het heeft ook ergens iets sympathieks dat dat nu wel het geval was. Maar ik hoop op een boek dat of een film die de keerzijde van dit verhaal toont. Dit verhaal gaat veel meer over jezelf 29 jaar voor de gek houden dan over 29 jaar stoer volhouden. En over jezelf voor de gek houden is veel meer te leren.