Tirade stuurt haar afgezonderde lezers met nummer 481 een pak brieven toe, zoals altijd in de vorm van nieuw en bijzonder literair werk. De onlangs gedebuteerde Jack de Boer beschrijft in een indrukwekkend essay hoe het coronavirus zijn werk als schoolmeester in de war schopte. Redacteur Anja Sicking herlas Mary Shelley’s Frankenstein en reflecteert op de reputatie van deze allereerste sciencefictionroman. In poëtisch proza verbindt Piet Gerbrandy het spelen en beluisteren van muziek. Lodewijk Verduin neemt het complete oeuvre van Sipko Melissen door.
Naast gedichten van Asha Karami, Lars Ruben, Delphine Lecompte, Arseni Tarkovski en Anton Kortweg, en verhalen van Femke Vindevogel en Bruce Chatwin, brengen we ook drie debuten: een persoonlijk essay van Koen Schouwenburg over zijn vroegere adoratie van David Foster Wallace, poëzie van Erwin Hurenkamp en een kolkende tekst van hoogleraar privaatrecht Reinout Wibier over zijn eigen ervaringen als advocaat op de Zuidas en het werk van Frans Kellendonk. Tirade 481 is geïllustreerd door Iriée Zamblé.