Aan het begin van de maand oktober werd ik aangenaam verrast door het nieuws dat de verzetsstrijder Tula uit Curaçao eerherstel heeft gekregen, na eeuwenlang te zijn bestempeld als een crimineel. Deze ontwikkeling, die deel uitmaakt van de herdenking van het jubileumjaar, heeft het potentieel om verstrekkende gevolgen te hebben. Er wordt nu erkend dat Tula heeft gestreden tegen onrecht en dat hij in zijn recht stond. Voor Suriname zou dit het begin kunnen zijn van eerherstel voor onze eigen verzetsstrijders.
Een van de meest prominente verzetsstrijders in Suriname is Boni. Geboren in vrijheid, stond hij op voor de tot slaaf gemaakten en vocht hij voor hun vrijheid. Onlangs heeft het Nationaal Archief Nederland een lesbrief over Boni uitgegeven, waarin zijn rol in de strijd tegen de slavernij wordt belicht. De oorlogen die Boni voerde tegen de overheersers legden de basis voor de uiteindelijke afschaffing van de slavernij.
In zijn aderen vloeide het bloed der blanken. Hij is niet in slavernij geboren, hij heeft de ketenen der knechtschap nooit gedragen en niemand dorst in zijn huid het brandmerk zengen van de meester. Hij was opgegroeid in de wildernis en verstond ieder teken der geheimzinnige zwijgende taal van het oerwoud. In hem verenigden zich de kracht en moed van de jaguar met de slanke vlugheid van onze herten.
Wij slaven van Suriname – Anton de Kom – pagina 106, twintigste druk, juli 2020
Op 19 februari 1793 werd Boni uiteindelijk in zijn slaap vermoord door de Ndjuka-leider Bambi.
Ondanks zijn belangrijke bijdrage is er nog steeds weinig bekend in de Surinaamse samenleving over de strijd van deze held. In tegenstelling tot Curaçao, waar er een Tula-dag wordt gehouden, is er geen speciale dag gewijd aan het herdenken van Boni. De afschaffing van de slavernij wordt op 1 juli 1863 herdacht, maar er moet nog veel worden gedaan om het bewustzijn over Boni’s strijd te vergroten.
De strijd van Boni tegen onrecht, onderdrukking en uitbuiting moet dienen als inspiratiebron voor de jonge natie Suriname. Zijn strijd werd aanvankelijk beschouwd als criminaliteit en tegenwerking en verdween later in de geschiedenisboeken, zowel in Suriname als in Nederland.
Maar zijn strijd kreeg andere vormen. Hij werd vereeuwigd door prominente Surinamers zoals Anton de Kom en Eddy Bruma, die over hem schreven en toneelstukken opvoerden. Boni werd ook afgebeeld door kunstenaars zoals Ken Doorson. Het verhaal van Boni’s strijd werd vaak verteld in het huis van Doorson, aangezien zijn grootouders uit dat gebied, Cottica, afkomstig waren. Na het lezen van het stuk “Boni’s dood en Boni’s hoofd: Een proeve van orale geschiedenis” van Sylvia de Groot, de grande dame van de Surinaamse geschiedschrijving, kreeg hij de ingeving om Boni te schilderen. Hij kon namelijk geen beeld van Boni vinden en besloot er zelf een te maken. Een schilderij is te vinden in het Nationaal Instituut Nederlands Slavernijverleden en Erfenis, NiNsee, en een ander bevindt zich in privébezit. Doorson hoopt dat er meer bekendheid komt voor Boni en zijn strijd voor de vrijheid van de tot slaaf gemaakten.
Boni behoort ons allen toe, en zijn moedige strijd verdient erkenning. Laten we ons laten inspireren door zijn vastberadenheid en ons inzetten om degenen die voor onze vrijheid vochten te herdenken en eren. Dit is niet alleen een eerbetoon aan Boni, maar ook aan de collectieve veerkracht van ons volk.