In mijn tienerjaren las ik ontzettend veel comics en strips. Superman, Batman, Spider-man, Paling en Ko en Suske en Wiske. Ik verslond ze allemaal. Op een gegeven moment ‘ontdekte’ Rappa’s stripbieb waar ik deze boeken kon lenen of daar en op dat moment kon lezen. Zodra ik de ruimte in het weekend had, was ik daar te vinden. De eigenaar en auteur Robby Parabirsing, beter bekend als Rappa, kende ik al van zijn boeken Fromoe Archie en De vlek uit het verleden. Rappa was in die tijd nog Nederlands leerkracht op de Algemene Middelbare School en in de middag hield hij zich bezig met de bibliotheek. Veel scholieren kwamen er langs om de boeken te lenen die zij moesten lezen van de literatuurlijst van het vak Nederlands en voor de vele stripboeken. Met Rappa kon je ook uren praten over verschillende onderwerpen. Over de geschiedenis van het land, de politiek en natuurlijk boeken. Hij had ook luisterend oor. De stripbieb was voor velen van ons een literair toevluchtsoord. Er heerste een ongedwongen sfeer en Rappa behandelde ons als gelijkwaardige.
Rappa zette de plek op in een woelige periode in het land, namelijk de jaren 80 in Suriname. De Decembermoorden, waar vijftien Surinamers, die zich verzette tegen de militaire dictatuur waren vermoord, hadden net plaatsgevonden en op de onderwijsinstelling waar hij les gaf, had hij leerlingen die een familielid waren kwijtgeraakt bij de Decembermoorden. Rappa bracht vaak stripboeken naar school en leende die aan de jongeren voor tijdelijke ontsnapping aan de ellende. Hij besloot kort daarna de bibliotheek op te zetten voor anderen om er stripboeken en later andere boeken te lenen. Rappa zorgde daarbij ook voor begeleiding door soms simpele gesprekken die plaatsvonden in de bibliotheek.
Fromoe Archie was een van de coming-of-age boeken die ik in mijn jeugd heb gelezen. Het gaat over de escapades van een Surinaamse jongeman binnen de sociale verhoudingen in zijn land kort voor de staatsgreep van onder leiding van legerbevelhebber Desi Bouterse in 1980. Op de mulo moet je voor het mondeling schoolonderzoek voor het vak Nederlands namelijk een aantal boeken van een boekenlijst kiezen en lezen. De lijst bestaat uit boeken van verschillende schrijvers, van binnen en buitenland. Ik koos op gevoel voor het boek van Rappa Fromoe Archie en werd aangenaam verrast met een verhaal waar ik mij als tiener mee kon identificeren. Rappa verschafte in zijn boek ook inzichten over de politiek in Suriname, de verstandhouding tussen Suriname en Nederland en de verstandhouding tussen Surinamers en Surinamers die naar Nederland zijn vertrokken en Nederlanders van Surinaamse afkomst. Prit pangi en opo borsu, direct en bot, vertelt Rappa deze zaken aan de lezer.
De Versurinamisering kon pas beginnen nadat Surinamers het hadden overgenomen van de Hollanders. Dit proces kwam echter nog niet op gang, omdat de eerste generatie Surinamers die overnam bij gebrek aan een vastomlijnd Surinaams iets maar bleef hangen bij hetgeen ze hadden geleerd van hun Hollandse meesters of ze vielen terug op voorouderlijke structuren. Het Hollandse was wel on-Surinaams, maar het was vastomlijnd en het had aanzien, het kwam van de koloniale meester. Dat eigene had onder een belangrijk deel van de eigen mensen geen aanzien, het werd zelfs onderdrukt. Pas toen de jongeren bewust werden, vooral als gevolg van de luxe dat zij in het buitenland, Nederland, konden studeren, werden zij krachtig met hun neus op feiten gedrukt, is den vreemde leerde je het eigene waarderen.
Passage Fromoe Archie, eerste druk 1984, pagina 50
De lef die Rappa tentoonstelde als schrijver vond ik toen bewonderingswaardig omdat velen zich toen en zelf nu zich niet over een heleboel zaken zoals de ongelijkheid tussen de armen en rijken in Suriname durven uit te spreken. Dat leerde ik van hem als schrijver, durven je gedachtegang neer te pennen en niet bang te zijn voor de consequenties. Je moet achter hetgeen je hebt geschreven blijven staan. Bij de uitgeverij van Rappa Ralicon debuteerde ik 2019 als fictieschrijver met de novelle Eens in een leven. Een manuscript waar ik bijna tien jaar mee rondliep. Rappa durfde er iets mee te doen. Dat werd mijn startpunt als fictie-auteur. Daarvoor zal ik Rappa altijd dankbaar zijn. Toen ik hem vertelde over het idee van de verhalenbundel Prakseri was hij direct enthousiast en stuurde mij ook binnen korte tijd een verhaal dat hij op de planken had liggen. Samen met een van mijn schrijfhelden sta ik in de bundel en daar ben ik nog steeds ontzettend trots op.