Een dochter

Petra met de krulletjes lichtte ons voor over de laatste weken, en zoals altijd als B en ik bij de vroedvrouw zijn bekroop een loden slaperigheid me: een zware jas die zich tot aan mijn neus dichtritste.

Mijn benen wogen elk een ton en als ik niet zo sloom geworden was door de warmte in de groenpastellen ruimte had ik me zorgen kunnen maken over de draagkracht van de IKEA-stoel waarop ik zat.

B luisterde aandachtig. Ik begrijp niet hoe ze dat opbrengt, helemaal omdat je van de vroedvrouw altijd een A4-tje meekrijgt waarop exact staat wat ze je net heeft verteld. Terwijl ze voorlicht verwijst ze er al naar.

‘Maar dat staat ook allemaal op het formulier dat ik jullie straks geef,’ zegt ze dan.

En ik, beklemd door mijn steeds verder vernauwende bewustzijn, denk: Geef hier, dat ding. Dan kunnen we allemaal naar huis.

Gelukkig was Nadim mee, die meestal als een kleine satelliet van zijn vader precies datgene doet wat ik zou willen doen, maar niet kan vanwege de slopende sociale wenselijkheid van alles. In dit geval was het: me keer op keer met een aanloop op een kevervormige poef werpen tot B het me verbood, en daarna uit wraak de stethoscoop van de vroedvrouw gappen.

Na een eeuwigheid brak het moment aan dat het allemaal goed maakt: we mochten het hartje van onze dochter horen. Haar hartje klinkt als het begin van een vijfenveertigtoerenplaat waarin twee krassen vlak opeen zitten. Steeds verwacht ik muziek.

Wie ben je, denk ik dan. Naar wiens hart luister ik hier?

Ik heb altijd een dochter gewild. Heb er zelfs nooit rekening mee gehouden dat ik een zoon zou kunnen krijgen. Inmiddels draait Nadim alweer vijf jaar met B en mij mee, en is hij iemand gebleken die ik nooit had willen missen.

We namen afscheid van Petra met de krulletjes, en ik vroeg me af waarom ik me zo gruwelijk onvoorbereid voel voor het krijgen van een dochter. Alsof dit mijn eerste kind gaat worden.

Alsof ik voor een volle zaal in moet vallen bij een mij onbekende band, en de muziek op het punt staat te beginnen.

__________________________________________________________

Optie 8Gilles van der Loo (Breda, 1973) was redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Hij schreef de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de roman Het laatste kind. Op 23 oktober van dit jaar verschijnt zijn nieuwe roman Het jasje van Luis Martín.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.