Het artikel ‘The engineer’s lament. What’s the best way to think about auto safety’ in The New Yorker van 4 mei is om drie redenen interessant.
1 In het artikel over statistische uitkomsten van onderzoek naar veiligheid bij kleine auto’s – meer specifiek de compacte Ford Pinto – schrijft Gladwell op de tweede bladzijde, als de lezer er al een beetje inzit: ‘(Full disclosure: In 2011 I gave a talk at a marketing conference sponsored by Ford)’. Dit is de triomf van de onbezwaarde onderzoeksjournalistiek. Het is zo makkelijk: waarom zie je dit nooit in Nederland? Ook bij recensies: als een recensent alleen maar even heel kort aangeeft waarom hij bevooroordeeld zou kunnen zijn – bijvoorbeeld omdat hij getrouwd is met de redactrice van het boek dat hij bespreekt – heeft die openheid tot gevolg dat ik als lezer geen bezwaren meer voel. Of: dat mij de korrel zout is aangereikt waarmee ik het gebodene kan nemen. Het NRC wil in alles een pendant zijn van kranten als The New York Times of The Guardian, de hoofdredacteur Peter Vandermeersch zit zwijmelend voor zijn schermpje newyorktimesje te spelen, maar dit eenvoudige principe van Full disclosure heb ik nog nooit in praktijk gebracht zien worden in deze krant. Het is heel wat helderder en sterker dan de wat pedante ombudsmanoplossing. Dit is journalistieke waardigheid.
2 Malcolm Gladwell staat als onderzoeksjournalist met zijn voeten in de modder. Er is heus een sexier onderwerp denkbaar dan ‘vergelijken van getalsmatige bewijzen voor tank malfunction in een bepaald type lichte auto en daar de resultaten van’. Wie echter het werk van Gladwell kent, weet dat deze uitgebreide studie van 10 volle pagina’s in the New Yorker terugkomt in een halve pagina in zijn volgende boek. Dat vind ik mooi.
3 De uitgeklede staat waarin dit artikel van Gladwell zich bevindt maakt duidelijker dan mij voorheen was dat de kern van zijn aanpak, ook in zijn boeken, koude statistiek is, en dat ik dat waanzinnig interessant vind werd me duidelijk toen ik het stuk uit had. En ineens had ik een nieuw voornemen: ik ga me ingraven in de statistiek. Eerst maar eens de lichte kant ervan, dan iets verontrustender, dan the works. En dan de boeken.
——-
Menno Hartman (1971) was vroeger redacteur van Tirade. Sinds 2008 werkt hij bij Uitgeverij Van Oorschot. Houdt van de geur van boeken en van charts.