Iemand waar ik veel om geef verbrak na jaren twijfel haar relatie met een man die aan de andere kant van de wereld woont.
Niet alleen de man leek ideaal, maar ook zijn leefomgeving en wat hij daar doet. Op nog geen 24 uur vliegen lag er een heel leven voor haar klaar. Alles wat ze hoefde doen was instappen en een deur achter zich sluiten.
Ze ontmoette hem in de meest vormende jaren van een mensenleven, op haar eerste verre reis. Keuzes die je op die leeftijd maakt bepalen vaak de rest van je verhaal, en de bijkomende angst is dat de afslag die je neemt in het licht van later een zijspoor zal blijken.
Omdat er geen manier is om de gevolgen van zo’n keus te overzien, maak je hem op hoop van zegen. Je sluit je ogen en stapt. Of eerder: je laat je achterwaarts vallen, op hoop van armen.
Mijn overbuurvrouw, die de hongerwinter heeft meegemaakt, vertelde me dat er vroeger geen keus was. De verantwoordelijkheid om een leven te maken of breken lag in veel mindere mate in handen van het individu. God bestond toen nog. Waarom zijn we daar eigenlijk ooit vanaf gestapt?
Ik zie die opgepompte neocortex van ons niet per sé als evolutie. Hij geeft ons het vermogen vooruit te zien, maar zal ons als soort niet redden. Wie ooit de geboorte van een mens heeft bijgewoond weet dat zo’n hoofd groter is dan de natuur kan hebben bedoeld.
We zouden beter af zijn – gelukkiger – met wat minder grijze materie. Net genoeg, misschien, om als een dikke kat over verse vogeltjes te dromen.
__________________________________________________________
Gilles van der Loo (Breda, 1973) was redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Hij schreef de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de roman Het laatste kind. Op 23 oktober van dit jaar verscheen zijn nieuwe en sterk autobiografische roman Het jasje van Luis Martín.