De tochtgang die de straat gebleken was en waarbij de architect nooit had stilgestaan toen dit alles nog op een tekentafel lag, zoog de dikke sneeuwvlokken horizontaal langs de winkelpuien, tramhokjes, de eindeloze rode en zwarte bakstenen van IJburg. Binnen een paar minuten was de oostkant van alles wit. Marley stond op de convectorput bij het grote raam van zijn appartement in gebouw De Lelie en liet de zolen van zijn Nikes de hitte opnemen: een voorraadje warm voor straks, als hij de straat op moest. Hij speelde met de muntjes in zijn broekzak, liet het kleingeld door zijn vingers klateren terwijl hij zijn plan voor de dag naliep. Over elf minuten vertrok de tram naar het station, vanwaar hij door de stad zou lopen naar het gebouw met de engel op de kop van de Haarlemmerdijk. Hij keek naar zijn camera, die op de armleuning van de blauwe leren bank lag. Ernaast, op de zitting, lag zijn laptop met het scherm nog open. In onbarmhartig wit toonde het zijn rekeningoverzicht, het saldo bovenaan onleesbaar maar de min ervoor als een kleine maar onbereikbare splinter in al ontstoken vlees. Marley liep naar het apparaat toe, klapte het dicht en haalde zijn jas van de kapstok. Nog vijf dagen en het jaar zou voorbij zijn. Hoewel hij alles had nagerekend en zijn uitgaven had bijgehouden had hij het niet gered: de stapel herinneringen en aanmaningen van de woningbouwvereniging kwam al bijna boven de schoenendoos uit. Marley keek naar de ooit felrode Jordans aan zijn voeten, waarvan het leer grijs geworden was, hard door het vocht dat het op had moeten nemen in alle kilometers straat die zijn gympen inmiddels hadden gezien. Hij tilde de camera van de bank en stopte hem samen met het schrift in zijn rugtas.
‘Shit, ma,’ zei hij met een hand aan de knop van de voordeur en de andere op het kruisje om zijn nek. Zijn stem galmde in de lege hal. ‘Ik wil je geloven, maar het wordt steeds moeilijker.’
De komende weken werk ik aan het begin van een nieuwe roman. Elke woensdag publiceer ik hier een mogelijke bladzijde. Muziek die ik luisterde bij de bladzijde van vandaag: Goodie Mob, Thought Process.
__________________________________________________________
Gilles van der Loo (Breda, 1973) was redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Hij schreef de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de roman Het laatste kind. Op 23 oktober van dit jaar verscheen zijn nieuwe en sterk autobiografische roman Het jasje van Luis Martín.