De beste plek in Amsterdam om Javaans-Surinaamse saoto te eten is Warung Marlon in de Eerste van der Helststraat. Daar kun je tegenin gaan, maar dan weet je ongeacht je achtergrond (ja, dat schrijf ik hier echt) niet waar je over praat.
Ik heb in letterlijk iedere warung in Paramaribo, Tamanredjo, Nickerie, Groningen (Suriname) en in bijna iedere warung in Lelydorp saoto gegeten en durf te zeggen dat die van één kraam in de Markthal aan de Waterkant in de buurt komt bij de kwaliteit van Marlons kippensoep.
Elke maandag eet ik met Nadim aan een van de vijf kleine tafels van Warung Marlon, en onze bestelling verandert nooit: een kleine en een grote saoto en twee baka bana met saus (in Suriname at ik overigens ook geen betere bakbanaan).
Pretentieloos en laagdrempelig als het zaakje is, heeft het alles wat een restaurant iconisch kan maken. De eigenaren breiden hun bedrijf niet uit, staan er dagelijks zelf, hebben trots in hun werk en kennen hun gasten. Ze veranderen niets aan wat ze goed doen en proberen gerechten van constante kwaliteit te leveren in plaats van zich te verliezen in modegrillen of een te groot aanbod.
Die soep, mensen… Die kippensoep is zo… Soms, als ik tegenover mijn mannetje zit en ik houd die eerste lepel saoto onder mijn neus, dan komen er tranen in mijn ogen. Van goed eten – liefdevol bereid eten – kan ik janken. Heldere bouillon met her en der een vetdruppeltje, dat als een glanzende pupil over het oppervlak beweegt; knapperige taugé, malse kip, verse selderij en natuurlijk een veel te lang gekookt ei*. Al voordat hij een lepel kon vasthouden aten Nadim en ik samen Marlons saoto, en deze maandag ging zijn hele kom leeg zonder dat hij een rijstkorrel morste.
Als we uitgegeten zijn gaat Nadim voor ons afrekenen bij de aardige meneer achter de toonbank. Vanuit de keuken wordt er dan naar ons gezwaaid, en bij koud weer zien de dames erop toe dat Nadim zijn das omdoet. Wat er na de fooi aan kleingeld overblijft zetten we om bij de ijswinkel iets verderop, en terwijl we naar huis fietsen en Nadim zich in zijn zitje door die bol frambozensorbet heen werkt, doe ik elke week precies hetzelfde: ik sla mijn arm om mijn jongen heen, druk hem dichter tegen me aan en besef hoe vreselijk gelukkig ik ben. Wat een geweldig leven we hebben, zijn moeder, hij en ik.
Die kippensoep, mensen. Warung Marlon. Ga erheen.
*je hoeft het niet met alles aan je geliefde eens te zijn
_______________________________________________________________________________
Gilles van der Loo (Breda, 1973) is redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Van hem verschenen in 2011 de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en in 2013 de roman Het laatste kind.