Mededogen

Enkele dagen geleden gezien in het Belgische journaal: de nieuwslezer die gortdroog een ‘extreem geval van verkeersagressie’ aankondigt. Mijn verbeelding begon meteen te werken en stelde zich twee elkaar in coma meppende kerels voor, of een brandende auto, of wie weet zelfs een verkrachting op de bijrijdersstoel, maar de realiteit bleek al die hypothesen te overtreffen.

Doodkalm vertelde de nieuwslezer dat twee autobestuurders bonje kregen en vervolgens stopten aan een rotonde, waarna volgend uit een horrorfilm geplukt feit plaatsvond: de ene bestuurder stapte uit, wandelde naar zijn kofferbak, haalde een ‘bosmaaier’ (een tuininstrument, voorzien van twee messcherpe snijbladen, waarmee je de bodem van wilde begroeiing ontdoet, m.a.w. een kettingzaag maar dan trager en dus pijnlijker) boven en zette die in het been van de andere bestuurder. Vervolgens ging deze nieuwbakken Edward Scissorhands rustig een sigaretje roken terwijl zijn slachtoffer lag dood te bloeden. De man werd gelukkig op tijd geholpen, doch zijn onderbeen was hij definitief kwijt.

Een mens zou voor minder het verkeer mijden. Of erger nog, een mens zou voor minder zijn medemens mijden. Het totale gebrek aan mededogen is stuitend, en typerend voor enkele gelijkaardige nieuwsberichten. Iemand remt te bruusk, hup, ik zaag zijn been af. Enkele spelende kinderen zorgen ervoor dat ik mij niet in alle stilte kan vervelen, hup, ik span een proces aan en laat de kinderen van het buurtpleintje verbannen. Mijn buurman timmert te veel aan zijn tuinhuisje, hup, ik stuur de bouwinspectie op hem af en laat het ding afbreken.

Mededogen, het is een woord dat je alleen nog maar in melige solidariteitsoproepen of van ironie druipende columns tegenkomt. Een normale context lijkt niet meer mogelijk. Want dat zou pas van écht mededogen getuigen.

Het slachtoffer van de extreme verkeersagressie bleek echter in hetzelfde gasthuis ziek te liggen. Met zijn eerste woorden na de operatie stak hij immers meteen alle invaliden een hart onder de riem: ‘Mijn leven is voorbij.’ Begrijpelijke reactie, en toch ben ik benieuwd of hij binnen tien jaar nog hetzelfde zal zeggen. Of dat hij dan toch, misschien, tot een ander, al even messcherp inzicht zal zijn gekomen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *