Sinds de aflevering van Zomergasten waarin trendvoorspeller Lidewij Edelkoort te gast was, is mij een aantal van haar beweringen bijgebleven. Zo vertelde ze met grote stelligheid dat Het Individualisme voorbij is, wat zou betekenen dat we de neiging om in groepsverband iets te ondernemen weer laten prevaleren boven die om solo te vliegen. De directe uitwerking daarvan zou zich tonen in het groeiend belang van bijvoorbeeld ouderwetse kneuterigheid, collectieve gezelligheid en allerhande clubjes.
Hoewel de trends die Edelkoort ons voorschotelt voornamelijk een zichtbare uitwerking hebben in de mode-industrie, zijn haar voorspelling algemeen en, naar eigen zeggen, mondiaal geldig. Dat betekent volgens mij dat wanneer iemand haar profetieën letterlijk volgt, diegene altijd een stap voor is op ontluikende tendensen. Diegene is verzekerd van de ultieme hipheid – althans, voor zover Edelkoort het bij het rechte eind heeft.
Twee weken geleden vond in Amsterdam het Das Magazin Leesclubsfestival plaats. Op de zaterdagavond waren er in de stad dertig verschillende leesclubjes georganiseerd, met als afsluiting een gezamenlijk feest in de Melkweg. Het was een succes. Ook ik deed mee aan zo’n leesclubje. Mogelijkerwijs voelden de twintig anderen, al dan niet bewust, net als ik dat er een zekere mate van groepsgevoel kwam bovendrijven. Een positief maar ambigu gevoel, want het leesclubje had immers een willekeurige samenstelling. Niettemin vonden we elkaar in de letteren, legden de auteur het vuur aan de schenen en dronken we gebroederlijk shotjes van het een of ander. Ik wist van tevoren niet dat ik daar zin in had.
De leesclubformule van het Das Mag Festival mag dan precies binnen de vooruitzichten van Edelkoort vallen, hip is het niet. Een substatieel deel van mijn groepje bestond uit provinciale huisvrouwen van middelbare leeftijd die het boek zo te horen al met hun eigen clubje hadden doorgenomen. Zij kwamen daar om de auteur te bombarderen met loftuitingen en om het groepsgesprek te kapen. Meteen daarna moesten ze de trein halen. Van de anderen vond een enkeling het doodsaai, en om eerlijk te zijn begrijp ik dat wel. Het heeft iets van een les Nederlands op de middelbare school. Overigens had het festival een veel hippere ingevulling kunnen hebben met meer jonge, nieuwe, voortuitstrevende schrijvers, maar in plaats daarvan bestond de line-up vooral uit opgewarmde ouwe taarten. Jonge schrijvers waren een minderheid, de debutanten bijna nonexistent. Connie Palmen mocht als mystery guest bij een leesclubje door een brandende hoepel springen.
Nee, leesclubs in festvalvorm plus fuif na afloop, dat is de vleesgeworden antihipheid. Waarom er dan in artikelen, zoals vandaag door Henk van Straten in Volkskrant Magazine, flink geplakt wordt met het etiket van het hipste event in letterenland, is moeilijk te begrijpen. Het Leesclubfestival is zeer oude wijn in nieuwe zakken, daarom werkt het juist. Het is niet voor niets dat Lidewij Edelkoort nog steeds vasthoudt aan haar voorspelling dat de Romantiek en de negentiende eeuw op dit moment via een onderstroom bezig zijn aan een opmars – de leesclub was toen populair. Wat Edelkoort heeft voorspeld op het gebied van het afkalvende individualisme zal wel kloppen; interessanter is dat ze daarmee De Onhipheid heeft voorzien. We gaan terug naar op z’n minst de jaren vijftig, met spruitjeslucht en al. Das Magazin voorop.