Ik weet nooit wie een Nobelprijs gaat krijgen, voor wat dan ook, maar ook niet in Literatuur. Nu wel. Binnen vier jaar László Krasznahorkai. Je ziet hem opeens overal, een vriend stuurde me Oorlog en oorlog en was in alle staten. Onze auteur MP gaf me Seiobo there below dat ik las en mij in alle staten bracht. Letterlijk eigenlijk want ik las het vorige week uit in de Verenigde Staten waar ik ook veel titels van hem zag, verder niet een land met een enorme aandacht voor Oost-Europese literatuur.) Wat een bijzondere schrijver! Een paar jaar terug las ik Satanstango, dat zo weergaloos door Bela Tarr verfilmd is.
Aan José Saramago moet je soms denken door de wijze waarop hij zinnen aaneenrijgt, met of zonder punten en komma’s maar vooral hoe hij vanaf de eerste zin een stem laat horen, en de lezer meesleurt een verhaal in, onwaarschijnlijk, vreemd (begin van Oorlog en oorlog: ‘Het maakt me niet meer uit als ik doodga, zei Korin, en na een lange stilte wees hij naar een nabijgelegen grindgat. Zijn dat zwanen?‘), maar waarin hij zich in staat toont voortdurend het ongeloof of de irritatie van de lezer te slim af te zijn. En dat laatste is een Nobelprijskwaliteit. Hoe weinig aanprijzenswaardig het ook lijkt te klinken, ‘irritatie voor zijn’ is een van de grootste krachten van een grote schrijver.
In Oorlog en oorlog is Korin een betrekkelijk vreemd archivarisje van het platteland van Hongarije in het bezit gekomen van een ongelofelijk manuscript, dat hij in New York, het centrum van de wereld wil gaan intikken op een laptop zodat het op een website komt en iedereen er kennis van kan nemen. Ondertussen vertelt Korin aan de rug van een zwijgende vrouw wat er zoal in staat, een vreemde reeks scènes uit de historie die in enigerlei mate een eindtijd representeren, met steeds de vier zelfde hoofdpersonen, als de de vier ruiters van de Apocalyps. Zijn spel met de geschiedenis speelt ook in de verhalenbundel Seiobo there below (nu voorspel ik ook maar even dat de Wereldbibliotheek die in 2023 uit zal geven…) een doorslaggevende rol. In ‘The Exiled Queen’ zijn we zowel getuige van de verbanning van koningin Vashti van het Perzisch hof (die weigerde naakt te verschijnen aan koning Ahasverus zoals verteld in het bijbelboek Esther) als van de kwesties van bestelling en realisatie van het schilderij met deze sènes van Filippo Lippi. Waardoor geschiedenis en de verbeelding ervan ineengrijpen.
Er is geen groter cliché dan de geschiedenis die tot leven komt, maar ik geloof dat ik na Sebald geen schrijver las die tot juist dit kunststuk beter in staat is. Hij maakt literatuur driedimensionaal. In Oorlog en oorlog worden de eindtijdsgeschiedenissen relevanter dan ooit in een boek waarvan de titel al verwijst naar dat wat ooit ‘oorlog en vrede‘ was, helaas voorgoed veranderd lijkt. We’re going down.
En in de taal van Krasznahorkai is dat niet mooier of lelijker of meer waar, maar eenvoudigweg beter ingebed in ons leven en lijk je de zaken beter te doorzien, althans tot de laatste bladzijde.
(Hier een eerder stukje over Satanstango)