(De wereld in stukken 39)
Hoe is de cent uit Straits Settlements in mijn bezit gekomen? En er weer uit verdwenen? Ik voel iets magisch bij oude munten, hoe stoffig de hobby van de numismatiek ook mag lijken. Al decennia heb ik geen muntenverzameling meer, maar de kracht van een oude munt blijft nog doorwerken. Vooral omdat het een gebruiksartikel is: het verbind je dus met een enorme hoeveelheid mensen, gewone mensen vooral bij dit soort lage bedragen die het ding ooit door hun handen lieten glijden, in een buidel of zak meedroegen; vissers, sjouwers, schoenenpoetsers. Op de ene kant staat: Victoria Queen, met een profiel, op de keerzijde Straits Settlements, 1 cent, 1897 en een grote 1.
De Settlements zijn vier stukjes land aan de westzijde van wat nu het Maleisisch schiereiland is, van het zuiden naar het noorden Singapore, Malacca, Dinding en Penang (hier op de kaart nog ouderwets Georgetown). Ze zijn kleingeld in een grotere wisseltruc die the Anglo-Dutch treaty heet en het in hindsight arrogante spel van verdeel en heers is dat koloniale machten gewoon waren te spelen en dat nog altijd zichtbaar is in de grenzen tussen wat nu Maleisië is en wat nu Indonesië is.
De stipjes kust vielen aan Victoria toe, werden ‘kroondomein’. Waarmee vooral grote groepen Hokkien met een handtekening nog eens van land verhuisde. De opvallende percentages overseas Chinese of Hokkien, die de Settlements bewoonden, zijn op hun beurt de geschiedenis en de wereld ingetuimeld door een ‘gaat heen en vermenigvuldigt u’. Ma He, een 14e eeuwse eunuch, zeevaarder, diplomaat van moslimgeboorte en afkomstig uit de zuid Chinese stad Kunming, die zijn naam verchineesde tot Zheng He is er de aanstichter van. In zijn tijd, de Ming-dynastie was er veel armoede op het platteland en begon men de rijkdommen van overzee te ontdekken. Voor de hand lag: stuur de Chinese bevolking op pad. Vandaag zijn er 40,3 miljoen overzeese Chinezen.
In Malacca staat een standbeeld van He. De voormalige Straits Settlements werden en worden voor een goed deel door Chinezen bewoond, vrijwel de helft van de bevolking stamt af van ondermeer de door He uitgezondenen. Er kwamen nog vele migratiegolven achteraan. Zijn de Chinezen het meest verspreide volk op aarde? Ik kwam nooit ergens waar ik er niet enkelen zag. Ook in Penang waande ik me in China. De straatstalletjes verkopen het beste Chinese straatvoedsel dat ik ken, en net anders dan in China zelf. Er is bijvoorbeeld een levendige ‘vogelnestjes’ cultuur.
In de Cameron Highlands, een wereld van eeuwige lente waar door de aangename temperaturen de Britten graag verbleven staat een hotel dat The Smoke House heet, een vreemd koloniale sensatie tot aan vandaag. Vergelijk het met de Bogortuin op Java, of de theeplantages daar die hoger lagen en waar westerlingen graag verbleven. Het contrast met de giftig hete kustplaatsen waar de Chinezen wonen is groot. In de oerwouden van peninsulair Maleisië en op Kalimantan vind je dan de oorspronkelijke bewoners.
Anthony Burgess schreef met zijn Malayan Trilogy: Time for a Tiger (1956) The Enemy in the Blanket (1958) en Beds in the East (1959) een geweldige reeks boeken over een scala aan personages waaronder leraren Engels, zoals Burgess zelf was en Chinezen, Indiërs, inheemsen, aldaar die zich verhouden tot elkaar en tot (het einde van) koloniaal Engeland, aansturend op de onafhankelijkheid in1957. Acht jaar later volgde Singapore. Chineser wordt het niet: niet alleen qua bevolking, maar ook door het autoritaire regime. Voor de schoenpoetser is er in 126 jaar misschien maar weinig veranderd.
ook lezen:
Deze kaart komt vrijwel exact overeen met de kaart in het prachtige Sebastian Hope De varende nomaden van Zuidoost Azië.
Meer over de keuken in Penang in dit blogje.
Lezen: Het Maleisische eilandenrijk, Alfred Russel Wallace
Over Frans Indochina het prachtige: Marguerite Duras De minnaar, vertaling Kiki Coumans)
Anthony Burgess Malayan Trilogy: Time for a Tiger (1956) The Enemy in the Blanket (1958) en Beds in the East (1959)