Tanden

IMG_6074Ergens in 2005 onderging ik mijn eerste wortelkanaalbehandeling. De tandarts liet me het gat zien dat hij geboord had om bij de zenuw te kunnen en het voelde als kijken naar het lijk van een vage bekende.

Op een of andere manier werd ik op dat moment mijn sterfelijkheid meer gewaar dan toen ik open TBC bleek te hebben in Paramaribo of bij die jammerlijke uitglijder op de motor waarbij ik mijn neus brak en KO ging in het midden van de Jan van Galenstraat.

Hier was een klein deel van mijn lichaam dat het opgegeven had, dat ondanks borstel, floss en stokers weggerot was en nooit meer terug zou komen.

In mijn familie zoemen de bekken van het amalgaam. Radio 3 luisteren is voor ons een kwestie van een spijker tussen de kiezen klemmen. Mijn vaders tandvlees heeft zich zo ver teruggetrokken dat je het eerder een capitulatie zou noemen, en hoewel we er nooit over praten vermoed ik dat hij en mijn moeder samen een volledig gebit aan kronen meedragen.

Met Nadim leek het een tijdje goed te gaan, tot ik dit jaar met hem bij De Hoektand kwam en door de immer vriendelijke tandarts Jan gewezen werd op twee bruine speldenknoppen achterin het frisse roze bekkie van mijn zoon.

‘Heb je wel met hem geflosst?’ vroeg Jan.

‘Nee,’ zei ik, en schudde mijn hoofd. ‘Het spijt me.’

De tandarts glimlachte, waardoor zijn mondkapje op spanning kwam te staan. ‘Dat hoef je toch helemaal niet te zeggen.’

Maar ik zei het ook niet tegen Jan. Ik zei het tegen mijn jongen, die met grote ogen in het helle lamplicht staarde. Lichtjes kneep ik in het trosje klamme tengeltjes dat hij me had toevertrouwd.

Nadim wilde weten of het pijn zou doen, of er geboord moest worden. Ik vroeg me hardop af of het wel zinnig was een melktand te vullen.

Het boren en vullen bleek pijnloos en Nadim leek het al snel vergeten. Sindsdien heeft hij een elektrische tandenborstel en floss ik ‘s avonds tussen al zijn kiezen (zoveel zijn het er niet).

Afgelopen week verloor hij zijn eerste melktand en bij het zien van dat perfect ronde gaatje wist ik ineens weer hoe het voelt om te wisselen. De herinnering was helder, scherp en lijflijk als het moment voordat er bloed opwelt na het snijden in je vinger. Wat ik me óók herinnerde: de gewaarwording verraden te worden door mijn eigen lichaam. Voor welke verrassingen zou het me nog meer gaan stellen?

James Brown zei al dat tanden het een-na-belangrijkste zijn voor een man. Hair is the first thing. And teeth the second. Hair and teeth. A man got those two things he’s got it all.

Haar genoeg, in mijn familie. Ik hoop maar dat slechte tanden en goed haar op hetzelfde chromosoom te vinden zijn.

____________________________________________________________________

Gilles van der Loo (Breda, 1973) was redacteur van Tirade. Sinds 2010 publiceerde hij online en in diverse bladen. Hij schreef de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit en de roman Het laatste kind. In 2016 verscheen zijn sterk autobiografische roman Het jasje van Luis Martín.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Foto van Gilles van der Loo
Gilles van der Loo

Gilles van der Loo (Breda, 1973) is schrijver, schrijfdocent en journalist. Hij was redacteur van Tirade en zijn fictie verscheen online en in de bladen. Bij Van Oorschot publiceerde hij de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit (nominatie Academica) en de romans Het laatste kind, Het jasje van Luis Martín en Dorp (nominatie Boekenbon- en Librisprijs). Nu in de winkel: de roman Café Dorian.