In februari 2004 waren Niels ’t Hooft, Annelies Verbeke en ik te gast in Boekhandel Kooyker, te Leiden. Maarten Dessing interviewde ons, simultaan, over onze respectievelijke debuten: Toiletten (2003), Slaap! (2003), De duiker (2003). Vrij Nederland schreef een week later dat de drie debutanten opvallend aardig voor elkaar waren.
In het publiek zat Walter van den Berg, een vriend van Niels. Ik schudde Walter de hand, wisselde een paar vrolijke woorden met hem, groette Niels en Walter later nog op station Leiden en werd één van de duizenden lezers van Van den Bergs weblog.
In 2004 genoot ik van Walters papieren debuut De hondenkoning (roman), in 2007 van het vervolg West (roman) en nu verheug ik me, als dat het juiste woord is voor een als ‘schokkend’ aangekondigd boek, op zijn nieuwe roman Van dode mannen win je niet.
In de jongste Tirade vind je een gloednieuw kortverhaal van Van den Berg: Voetbalkantine.
Tirade – verhaalt.
Voor juist teruggekeerde vakantiegangers nog even de inhoud van Tirade 449: Joost Zwagerman schrijft over Jack Kerouac’s On the road, Wim Brands over Tip Marugg, Sander Kollaard over Illichmann-Rajchl, Ollikainen, Papuzanka en Pilgaard. Van de vier laatstgenoemde auteurs zijn bovendien vertaalde prozafragmenten opgenomen. Lieke Marsman selecteerde en vertaalde vijf gedichten. Er is bovendien poëzie van Leo Vroman, Delphine Lecompte, Niki Dekker en Halbo Kool. Én er zijn kortverhalen van Lize Spit, Eva Meijer en Auke Hulst. En van bovengenoemde Walter van den Berg. Carel Peeters’ Kroniek van de roman gaat over Vertedering van Jamal Ouariachi.
Volgende week: Zomergasten.