In De levenden herstellen van Maylis de Kerangal verhuist een hart van een jonge, jammerlijk omgekomen surfer naar een literair vertaalster met een ernstige hartafwijking. Het is een heel mooi idee voor een roman: de transplantatiearts, de chirurgen, de verpleegkundigen, de ouders van de jongen, de voorbereiding in psychologische zin om de ouders ervan te overtuigen dat een donorschap in de rede ligt, leveren een geweldig geschreven drama op in zeer korte tijd, afgedwongen door de realiteit van de transplantatiemogelijkheden. Prachtig afgepast is het onderwerp en we hebben van de vele IC series op tv kunnen leren hoe het drama en de romantiek vreemd en succesvol verweven kunnen zijn met de IC.
Niet alleen fictie over gezondheid en ziekte boeit, ook sommige non-fictie is prachtig. Siddharta Mukherjee’s The Emporor of all Maledies passeerde hier al een de revue. Nu heeft Davidsfonds in samenwerking met TED een nieuw boekje uitgegeven van deze aansprekende auteur. De wetten van de geneeskunde. Veldaantekeningen uit een onzekere wetenschap. Op zich is dat idee al verrassend, omdat de Ted talk nu juist een vondst is die sterk verbonden is met de visuele media, dat deze Vlaamse uitgever er nu een klassiek boekje van maakt.
De eerste wet van Mukherjee is al opvallend. ‘Een sterke intuïtie legt meer gewicht in de schaal dan een zwakke test.’ In de inleiding beschrijft Mukherjee een situatie die sterk lijkt op een in het boek van De Kerangal, een chirurg met een enorme faam, bewonderd en gevreesd door de aio’s die al schrikken wanneer hij tijdens een operatie een wenkbrauw heft, laat tijdens een ingreep aan een buiktumor waarbij onverwachte bloeding optreedt gericht een assistent zelf zijn conclusies trekken. Steeds beheerst niet-ingrijpend maar nauwkeurig de vinger aan de pols houdend. Na de operatie zegt de chirurg: ‘ Je moest nu haar status maar eens bekijken’, zei Castle, met tederheid in zijn typische lijzige neusgeluid. ‘ Met volmaakte informatie is het gemakkelijk om de juiste beslissingen te nemen. In de geneeskunde moet je volmaakte beslissingen nemen met onvolmaakte informatie.’
Naarmate ik ouder word vind ik het moeilijker in voorkomende gevallen mij over te geven aan de medische wetenschap. Waar ik vroeger bij wijze van spreke zonder enig probleem een operatie indook, zou me dat nu meer moeite kosten. Vertrouwen in medische wetenschap is vervangen door vertrouwen in sommige mensen. De intuïtie van de patiënt dus: een vertrouwen in de intuïtie van de specialist.
Een boek als dat van De Kerangal en ook dit van Mukherjee toont de specialist als mens. Je zou alleen in de huidige gezondheidszorg wat beter moeten kunnen kiezen. Welk van de specialisten heeft volgens jouw intuïtie een intuïtie waarop je vertrouwt.
Een bijzonder aspect van deze boeken, en bij uitbreiding het schitterende Stadium IV van Sander Kollaard, is dat het in zekere zin mengvormen van fictie en non-fictie zijn, je kunt niet over de medische wereld schrijven zonder met echte informatie te komen. Je kunt evenmin een wetenschapper zijn zonder intuïtie, zoals Mukherjee aantoont. Een goed arts verbindt deze zaken zoals een goed schrijver fictie en non-fictie verbinden kan.
(Over een andere benadering dan genezing door medicijnen, luister ook naar Mukherjee over een paradigmawisseling in het denken over medicatie, op TED)