You don’t wanna know.’ – de eetleesclub

 

in een nieuw land een winkel beginnen

daar ’s ochtends de luiken openen

zien dat het lente is

 

Lieke Marsman, De eerste letter (2014)

  

1) De Tirade Leesclub

Utrecht, dinsdagavond 11 maart 2014. Zodra ik vanuit de muur het restaurant in stap, word ik door de leesclubleidster aan mijn mouw getrokken en langs de tafeltjes met etende lezers (m/v) geleid. Hallo, hallo, hallo.

2) Twee sterke vrouwen

Miek Zwamborn en Isa Hoes hebben – op een paar verschillen na – hetzelfde boek geschreven. In zowel De duimsprong als in Toen ik je zag, mijn leven met Antonie probeert een vrouwelijke vertelster in het reine te komen met het verlies van een overleden/verdwenen man. Beide boeken zijn gelardeerd met foto’s.

Maar in de kunsten en de letteren gaat het natuurlijk altijd om de verschillen. Om de details.

Het boek van Zwamborn is literatuur, in de modernistische traditie, het boek van Hoes is lectuur. Het ene is cerebraal, artistiek en intellectueel, het andere emotioneel, toegankelijk en volks. Het boek van Hoes had bij veel uitgeverijen kunnen verschijnen, aan projecten als dat van Zwamborn durven alleen zelfstandige uitgeverijen zich te wagen.

3) Echo, echo (1/2)

‘De cabrio wordt gestart, het dak gaat open en de muziek gaat aan: ‘Lose Yourself’ van Eminem schalt uit de speakers. (…) Ik hoor ze wegrijden, met de muziek snoeihard aan. Vader en zoon, de berg af, keihard meezingend en met de grootste lol.’ (Toen ik je zag, p.159)

En:

‘Ik reed over Zürich terug naar Amsterdam (…) In de achteruitkijkspiegel zag ik de velden als een reusachtige muur van gras liggen. Ik luisterde naar Bach met het volume helemaal open. De oude Golf maakte zoveel lawaai dat alleen de lage tonen te horen waren.’ (De duimsprong, p.150).

4) Frits (63)

‘Maar die Heim… heeft die nou echt bestaan of niet?’

5) Annechien (27)

‘De hersenen van Miek en het hart van Isa… dat lijkt mij wel een ideale combi.’

6) Steen

De duimsprong. Jens – een Bas Jan Ader-achtig personage – lijdt, als ik het goed zie, aan depressies en paniekaanvallen en is op een dag verdwenen. De reizen en wandelingen die de vertelster van De duimsprong daarna maakt, de fascinatie die zij opvat voor, onder andere(n), de geoloog Heim helpen het verdwijnen van Jens te verwerken. Bergen en stenen lijken aanvankelijk symbolen voor dood en verstarring, later voor kracht en onvergankelijkheid. Steen, gedenksteen.

7) Ruben (42)

‘Persoonlijk vond ik het boek van Isa Hoes een beetje zeurderig… als ik emotionele vrouwenpraat wil horen, kan ik net zo goed een halve liter witte wijn in m’n vrouw gieten. En dat zeg ik met alle respect.’

8) Sez Ner

Miek Zwamborn schrijft niet alleen, ze vertaalt ook. Dit schreef Tirade over de door Zwamborn in het Nederlands omgezette Sez Ner Trilogie: Sez Ner (SN I), Achter het station (SN II), De laatste (SN III). De wereld van Zwamborn is een heel andere, ernstiger, dan die van Camenisch, maar soms slingert een zin van Zwamborn zomaar richting Sez Ner:

‘Ik nam niet de snelle route maar het weggetje waarover ook de schapen en de koeien in de vroege zomer naar boven gingen.’ (De Duimsprong, p.221)

9) Echo, echo (2/2)

Het gaat niet goed met Antonie Kamerling. Zijn vrouw, Isa, wil weten wat er in hem omgaat. Ze vraagt het. Hij antwoordt (TIJZ, p. 252): ‘Dat wil je niet weten.’

Het doet denken aan een passage uit de biografie die D.T. Max schreef over David Foster Wallace (Every Love Story is a Ghost Story, 2012; p.299). In juni 2008 – drie maanden voor Wallace’s zelfmoord – vraagt redacteur Michael Pietsch, na afloop van een dinertje, aan zijn auteur hoe het met hem gaat. Wallace antwoordt: ‘You don’t wanna know.’

Hoe is het om aan depressies te lijden? Is het alsof je van binnen helemaal kapotvriest? Of eerder alsof je vanuit een vliegtuig naakt in de prikkelstruikjes bent geflikkerd? – blijven liggen doet pijn, bewegen doet pijn. Het boek van Hoes brengt ons niet veel verder – Kamerling lijkt zijn demonen vooral te bestrijden door te gaan slapen – maar draagt, geloof ik, wel bij aan het slechten van het taboe en de schaamte rond depressie. Hulde voor Hoes.

10) Eva (51)

‘Eerlijk gezegd had ik tijdens het lezen van Isa’s boek een heel dubbel gevoel… aan de ene kant had ik met Isa te doen, ik heb een paar keer echt zitten snikken, mogen jullie best weten… maar aan de andere kant was ik ook een beetje jaloers… Van zo’n knappe, artistieke Antonie is het zonde dat ie dood is, maar mijn eigen saaie kutFrans zal nooit zelfmoord plegen… daar issie veel te laf voor… dus voor mij is het wachten tot ie eindelijk kanker krijgt of een keer verongelukt. Lekker dan! Dat heb ik weer!’

11) Evaluatie

Het inleiden en bijwonen van een leesclubavond was een interessante en leerzame ervaring. Ik hoop in mijn werkzame leven nog veel avonden in de stimulerende aanwezigheid van boekenliefhebbers door te mogen brengen. Daarom vanaf deze plek heel veel lieve knuffeltjes voor eenieder die Het Betere Boek én Het Goede Gesprek een warm hart toedraagt. Knuf, knuf. Knuf, knuf.

Tirade – monter.

Soundtrack: Don’t Worry, Be Happy.

Ik wilde je tot besluit van mijn stukje – bij wijze van experiment, via de reactiemodus – uit twee mogelijke blogonderwerpen voor volgende week maandag laten kiezen. INTERACTIEF BEZIG ZIJN! Maar dat gaan we volgende week pas proberen, want aanstaande donderdag gaat de nieuwe film van Wes Anderson in première.

Volgende week: The Grand Budapest Hotel – Wes Anderson. En: hoe gaat het eigenlijk met Stephan Enter?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *