(Naar: Matthew Dickman | Self-portrait with a balloon)
Mijn broer zweeft als een ballon terwijl we door de stad wandelen,
hij is verliefd en ik moet aan zijn broekspijp trekken
om hem bij me te houden.
Vlakbij is een straatlantaarn groen geworden.
Vlakbij is een travestiet in een bushokje aan het slapen.
Vlakbij is de hoek van Sixth en Lavaca.
Austin, Texas was ooit Iets, Mexico
en twee Mexicaanse broers wandelden
door de stad terwijl één van hen door de lucht begon te zweven.
Ik ben de afneembare kaft van een pulp-Western aan het worden,
een ingekleurde schaduw,
hoe ik hier zit in dit portret en een poncho & sombrero draag,
een natte cigarillo aansteek.
Degene die love lifts us up where we belong verzon was een genie.
Liefde doet dat.
Degene die La Vida Loca schreeuwde voordat het vast werd gegrepen
en tot een betekenisloos liedje werd geslagen was een filosoof.
Het is gek.
De rivier stroomt door de stad als een hond die zojuist
door het deurscherm is gesprongen, wild in de tuin,
en ik houd een pistolero in mijn hand,
vlak bij de hoek van Eighth en Lavaca,
en ik hoop dat mijn broer omlaag zal zweven voordat ik het geweer
uit zijn holster moet trekken, hoop dat als het tussen mij en de rivier is
ik het zal zijn die morgenochtend opstaat.
—
Als ik de revolver had, zou ik de denkbeeldige ballonnen kapotschieten. Niet omdat ik cynisch over, of gewelddadig door, de liefde was geworden, maar om aan te tonen hoe dun het vel is dat het gas bijeenhoudt en hoeveel krachtiger het schot van een geweer, zowel in substantie van de kogel als in diens snelheid. In een boek las ik dat Light always travels at lightspeed, welke een gegeven is dat enkel voor licht geldt. Het maak niet uit hoe hard je van een lichtbron wegrent, de stralen stevenen altijd met een snelheid van 300.000.000 meter per seconde op je rug af. Voor de snelheid van al het andere geldt dat je minder snel achterhaald wordt naar mate je je vlotter verwijdert. Het is dus mogelijk om weg te rennen van een kogel. Hoe harder je je moordenaar achterlaat, hoe zachter de kogel je schouderblad binnendringt, dan je longen, je ribben, of de auto naast je, waar je nog net niet op tijd achter bent gaan zitten om te schuilen. Ik weet niet zeker of dat genoeg is, maar desondanks: zachter.
Wie echter verliefd is, traag omhoog zweeft, kan geen kant op. Het is onmogelijk om in de lucht een doel te hebben, want er is geen einde. Er is geen harder of zachter, enkel de zwevende snelheid van je lijf dat geen weg uit zal weten. Stort neer, broer van Matthew, stort neer – hoofd in het zand. Wanneer er geen licht in het spel is, is het nog mogelijk jezelf te verwijderen.