Je vliegt in de fik. Dat blijft bestaan. Je schrikt eerst nog maar schreeuwt niet, tot je langzaam beseft: Ik sta in de fik, nog steeds, ik sta nog steeds in de fik. Dit is niet normaal meer. Iedereen zegt dat je sterk bent en helpt dus niet. Wat je dan moet doen: schreeuw – dit is geen metafoor, doe het.
Misschien kan je niet meer naar buiten.
Iemand haalt je op die je vaag nog ergens van herkent. Ze duwt je aan je ellebogen omhoog en neemt je mee naar de markt om paprika’s te kopen, alsof dat normaal is, alsof dat gewoon maar kan. Paprika’s. Jullie maken samen een ovenschotel met kip, ze heeft niets door, ze geeft je gewoon nog een mes.
Je wilt meteen weer weg. Je belt iemand anders en gaat naar hem toe, tenminste, dat zeg je hardop tegen hem in de telefoon en zij hoort dat en stokt haar snijbewegingen. Ze weet niet of ze je tegen moet houden of niet, jij weet het ook niet en dan sta je daar rechtop tegenover elkaar in haar woonkamer en jullie kijken allebei naar de grond, naar de plaid die ze daar liet vallen toen daarnet de deurbel ging. Dan haalt hij, iemand anders, je weer op. En dan zit je in zijn huis. Dan lig je daar in zijn bed.
Wat je moet doen is dingen ruiken, dat moet je gaan doen. Ruiken. Je zult daar erg goed in zijn. Ga bijvoorbeeld hardlopen langs het Eemskanaal, al krijg je je poten niet ver genoeg van de grond; je zult de vissen ruiken onder het wateroppervlak en de regen in de lucht, je ruikt de benzine in de auto’s zitten die geparkeerd staan in de vinexwijk.
Bovendien ruik je het niet alleen extra goed, maar is het ook handig als het regent, voor het huilen. Dat is ook een tip: ga vaak in de regen rennen, voor het huilen, maar eigenlijk is dat ook weer voornamelijk melodramatische bullshit, want je huilt toch niet.
Ik bedoel: laten we eerlijk zijn. Denk na. Het leven is geen film, dus dweep niet met verdriet dat er niet is. Iedereen houdt dáár rekening mee, iedereen zal dat verwachten – dat je zult huilen zoals mensen films doen, maar volkomen normaal is het dat dit waarschijnlijk eerst niet gebeurt. Je voelt angst en dus ruik je alles, als een dier.
Maak daar dan gewoon gebruik van.
Luister nou naar me, luister nou.
Pas op met alles achterlaten en dan alleen zijn. Pas op met gaan slapen op de vloer bij een vriendin die er overdag niet is. Of: wees een meesterlijke acteur.
Wat je niet moet doen: dwepen met je dode en met zelfmoord, dwepen met in de fik staan, voelen voelen, voelen, moeten boete doen.
Schuldgevoel is heel normaal bij rouw na zelfmoord zullen ook mensen zeggen die geen psycholoog zijn. De echte psychiater zal zeggen dat je niet gek bent. Misschien ben je dan teleurgesteld. Denk dan aan Biesheuvel en de man die steeds aan het typen is en hoe Biesheuvel toen ook teleurgesteld was. Denk aan hoe hij op een gegeven moment toch toegeeft dat hij niet Jezus is. Dat is lief, toch? Denk dus net als Biesheuvel: dat is ook wel zo, eigenlijk. Dat is ook wel zo, eigenlijk, denk dat gewoon maar – je mag best teleurgesteld zijn dat je eigenlijk niet dood wil.
En de dode maakte dezelfde grapjes hè. Hij vond het toch wat curieus dat hij dan de hele wereld zou moeten redden en dus was hij waarschijnlijk toch Jezus niet, haha. Ergens klopte dat toch niet. Lief was dat. En hij nam een tweede gevulde koek.
Ik zag toen ik in het vuur zat een zwaan aan de kant van de weg zitten op de grond, langs het fietspad waar scooters keihard langsrazen, zo dichtbij dat ze hem makkelijk konden raken. Achter hem zat een andere grote zwaan en drie kleine grijze pluizige zwaantjes, ze zaten allemaal op de grond in het gras veel te gevaarlijk dichtbij en de kleintjes sliepen. En ik dacht ook aan Biesheuvel en het verhaal van de zwaan, maar hij moest om zijn zwaan huilen en ik niet, al komt dat ook doordat zijn zwaan in het verhaal wordt doodgereden en deze vooralsnog niet doodgereden was. Misschien gaan de dingen toch anders in het echt?
Er zal je aan alle kanten worden verwittigd dat het gevoel krankzinnig te worden volkomen normaal is.
Kortom: je bent nu echt in de hel, maak dus soep. Het enige dat in de zomer anders is dan alle andere dingen is soep maken. Doe het middenin de nacht, maak pannen- en pannen vol soep, zet je koelkast er mee vol, die is er groot genoeg voor. Ruik de soep, roer hem en ruik eraan.
Sonja Schulte is kunsthistoricus. Ze presenteert Glasnost, een radioprogramma over kunst en wetenschap, recenseert beeldende kunst voor cultureel magazine 8WEEKLY en redigeert het Handboek voor een Optimistisch leven – de boekbundeling van literair magazine De Optimist, die deze zomer zal verschijnen. Ze schrijft essays voor De Gids en De Optimist en stukjes op sonjaschulte.com.