Alexander Baneman (Amsterdam, 1986) publiceerde eerder in Tirade, De Revisor en De Parelduiker. Met De schim van Raamswolde debuteert hij als romancier.
De schim van Raamswolde
Allard van Benniq Methorst, voormalig Europees kampioen correspondentieschaak, leidt een kluizenaarsbestaan. Met bloedhond Sok woont hij aan de rand van een klein dorp. De briefschaker verlaat zijn erf nooit, zelfs niet voor een wandeling of een boodschap.
Geplaagd door boze visioenen en angsten die hem lamleggen lukt het hem steeds minder goed om een schaakpartij te spelen. Om de dagen door te komen correspondeert hij met vrienden en een twaalfjarige leerling. In zijn epistels verhaalt Allard over de pijnlijke relatie met zijn vader, een verloren liefde, zijn schaakfilosofie en het ontstaan van de verstikkende fobieën die hem aan zijn woonstee kluisteren.
Wanneer de overheid hem huis en haard dreigt af te nemen ten behoeve van een nog aan te leggen spoorlijn, zakt hij steeds dieper weg in de waanzin. Door brieven te blijven schrijven probeert hij, in een venijnig eindspel, nog enige greep op de werkelijkheid te houden.
Met deze schitterend gecomponeerde roman toont debutant Alexander Baneman zijn beheersing en stilistische brille. Hij slaagt erin, met empathie en psychologisch inzicht, de ontstaansgronden van een angststoornis bloot te leggen. De schim van Raamswolde sleurt je steeds dieper mee in het relaas van de meesterschaker, tot je als lezer net zo gevangen zit in Allards hoofd als hijzelf.