Zachter

Het strand is wel mijn vaderland,

de zee synchroniseert nog monotoon

stromen van tegenstrijdigheden.

Toch droom ik soms, dat er een hoge boom

zou staan waaronder ik mij neer kon leggen,

een boom, die breed geloverd in terrassen

van takken vogels bergen zou.

Vogels, die zingen een voor een,

niet tegelijk, en luistrend naar elkaar.

Soms droom ik dat: wanneer ik bang

ben voor de nimmer bange meeuwen

die vrij zijn, maar nooit blij

en die niet zingen, maar òf zwijgen

òf schreeuwen.

Uit: M. Vasalis, Verzamelde gedichten